1. Voor de toepassing van artikel 31, lid 1, tweede alinea, tweede streepje, van Verordening (EG) nr. 1257/1999 wordt onder "landbouwer" verstaan, een persoon die een wezenlijk deel van zijn arbeidstijd aan landbouwwerkzaamheden besteedt en daaraan volgens door de lidstaat te bepalen nadere criteria een aanmerkelijk deel van zijn inkomen ontleent.
1. Aux fins de l'article 31, paragraphe 1, deuxième alinéa, deuxième tiret, du règlement (CE) no 1257/1999, on entend par "agriculteur" une personne qui consacre une partie essentielle de son temps de travail aux activités agricoles et en tire une partie importante de son revenu suivant des critères précis à déterminer par l'État membre.