Art. 6. Juristen of advocaten die door arbeidscontract, statuut of overeenkomst aan een erkende instelling of referentiecentra gebonden zijn, worden op de datum van inwerkingtreding van deze tekst vrijgesteld van de opleiding die bij artikelen 121, eerste lid, 2° en 128, § 2, vierde lid, 3° bepaald wordt.
Art. 6. Sont exonérés de la formation prévue aux articles 121, alinéa 1, 2°, et 128, § 2, alinéa 4, 3°, les juristes ou avocats liés à une institution agréée ou un centre de référence par contrat de travail, par statut ou par convention à la date d'entrée en vigueur du présent texte.