5 bis. Zodra uit de nasporingen de mogelijke betrokkenheid van een lid, hoofd, ambtenaar, personeelslid of andere persoon in dienst van een instelling, orgaan of instantie blijkt of blijkt dat het wenselijk zou kunnen zijn om bewarende of administratieve maatregelen te nemen om de belangen van de Unie te beschermen, stelt het Bureau de instelling, het orgaan of de instantie in kwestie zo spoedig mogelijk in kennis van het lopende onderzoek.
5 bis. Dès que les investigations révèlent la possibilité d'une implication d'un membre, d'un dirigeant, d'un fonctionnaire ou agent ou de toute autre personne au service d'une institution, organe ou organisme ou montrent qu'il pourrait être opportun de prendre des mesures conservatoires ou administratives afin de protéger les intérêts de l'Union, l'Office informe l'institution, l'organe ou l'organisme concerné de l'enquête en cours, dans les meilleurs délais.