Art. 6. In het kader van een medewerking van de personeelsleden van de overheidsinstelling voor j
eugdbescherming met andere externe tussenkomende personen betreffende een jongere, mogen de personeelsleden van de overheidsinstelling elementen meedelen met betrekking tot de jongere en zijn toestand enkel meedelen met de instemming van de jongere en van zijn wettelijke vertegenwoordigers en na ze te hebben verwittigd van hetgeen ze mee willen delen en de identiteit bekend te hebben gemaakt van de personen aan wie deze mededeling gedaan zou worden en na te hebben gecontroleerd dat de externe tussenkomende personen aan het beroepsgeheim onde
...[+++]rworpen zijn.
Art. 6. Dans le cadre d'une collaboration entre les membres du personnel de l' I. P.P.J et d'autres intervenants externes au sujet d'un jeune, les membres du personnel de l' I. P.P.J. ne peuvent révéler les éléments relatifs au jeune et à sa situation qu'avec l'accord de celui-ci et de ses représentants légaux et après les avoir prévenus de ce qu'ils veulent partager et de l'identité des personnes avec qui ils veulent le partager et après avoir vérifié que les intervenants externes soient soumis au secret professionnel.