Art. 7. De ambtenaren, voorheen bekleed met de graad van geneesheer-inspecteur en bezoldigd in de bijwondere weddenschaal 34.573,62 - 48.879,34 bekomen automatisch de bijzondere weddenschaal 37.880,51 - 53.003,97, zodra ze een gecumuleerde anciënniteit van negen jaar hebben in hun vorige graad van rang 10 en in vakklasse A3.
Art. 7. Les agents, anciennement revêtus du grade de médecin-inspecteur et rémunérés dans l'échelle de traitement particulière 34.573,62 - 48.879,34 obtiennent automatiquement l'échelle de traitement particulière 37.880,51 - 53.003,97, dès qu'ils comptent une ancienneté cumulée de neuf ans dans l'ancien grade de rang 10 et dans la classe de métier A3.