Art. 21. § 1. In afwijking van artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddenschalen der aan verscheidene ministeries gemene
graden, behoudt de ambtenaar benoemd tot de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerstaanwezend statistiekklerk (rang 32) of eerstaanwezend boekhoudingsklerk (rang 32) en di
e op 1 januari 1994 krachtens het koninklijk besluit nr. 429 van 5 augustus 1986 werd bezoldigd, het voordeel van de hierna verm
...[+++]elde weddenschaal :
Art. 21. § 1. Par dérogation à l'article 2, § 1, de l'arrêté royal du 10 avril 1995 fixant les échelles de traitement des grades communs à plusieurs ministères, l'agent nommé au grade de commis revêtu auparavant du grade rayé de commis principal de statistique (rang 32) ou commis principal de comptabilité (rang 32) qui est rémunéré au 1 janvier 1994 en vertu de l'arrêté royal n° 429 du 5 août 1986, conserve l'avantage de l'échelle de traitement mentionnée ci-dessous :