Het uitgangspunt is dat de rechtsbijstandsystemen van de lidstaten in het algemeen territoriaal van aard zijn, in die zin dat rechtsbijstand alleen wordt toegekend voor procedures in de betrokken lidstaat (in Scandinavië zijn enkele kleine uitzonderingen op die regel, maar alleen in speciale gevallen, zoals bij grensoverschrijdende voogdij over kinderen).
De façon générale, les régimes d'assistance judiciaire sont nationaux, en ce sens que l'assistance n'est accordée que pour les procédures se déroulant dans cet État (il y a certaines exceptions limitées à cette règle en Scandinavie mais uniquement dans certains cas spéciaux de garde d'enfants transfrontière par exemple).