Art. 4. De bezoldiging geïnd door een overheidsbestuurder in ruil voor de uitoefening door hem van een afgeleid(e) mandaat(mandaten) komt van rechtswege toe aan de instelling waaronder de persoon die het afgeleide mandaat uitoefent, ressorteert.
Art. 4. La rémunération perçue par un administrateur public en contrepartie de l'exercice, par celui-ci, de mandat(s) dérivé(s) revient de droit à l'organisme dont est issue la personne qui exerce le mandat dérivé.