Wanneer, bij gewone adoptie, de geadopteerde het adoptieve kind is van de persoon met wie de adoptant samenwoont, wordt het ouderlijk gezag evenwel gezamenlijk door beide samenwonenden uitgeoefend (artikel 353-9, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek).
Or, lorsque, en cas d'adoption simple, l'adopté est l'enfant adoptif du cohabitant de l'adoptant, l'autorité parentale est exercée conjointement par les deux cohabitants (article 353-9, alinéa 1 , du Code civil).