Uit wat voorafgaat volgt dat de wetgever een maatregel heeft genomen die, in zoverre hij de werkgevers die hun activiteiten startten vanaf het twee kwartaal van 1996, heeft uitgesloten van het voordeel van het bij de wet van 26 juli 1996 ingevoerde stelsel van sociale vrijstellingen, niet onevenredig is met de door hem nagestreefde doelstelling.
Il résulte de ce qui précède que le législateur a pris une mesure qui n'est pas disproportionnée à l'objectif poursuivi, en tant qu'elle exclut du régime des exonérations sociales instauré par la loi du 26 juillet 1996 les employeurs qui ont commencé leurs activités à partir du deuxième trimestre de 1996.