De referteperiode van achttien maanden bedoeld in het eerste lid wordt verlengd met de dagen gelegen in de periode van arbeidsongeschiktheid die aanleiding heeft gegeven tot de betaling van een vergoeding in toepassing van de wetgeving betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, of van een vergoeding van de schade die voortvloeit uit arbeidsongevallen, ongevallen op de weg van en naar het werk en beroepsziekten, indien de ononderbroken duur ervan ten minste drie maanden bedraagt.
La période de référence de dix-huit mois visée à l'alinéa 1 est prolongée par les journées situées dans la période d'incapacité de travail qui a donné lieu au paiement d'une indemnité en application de la législation relative à l'assurance obligatoire soins de santé et indemnités, ou d'une indemnité en réparation des dommages résultant des accidents du travail, des accidents sur le chemin du travail et des maladies professionnelles, si la durée ininterrompue de cette période s'élève à au moins 3 mois.