69. wijst op de moeilijkheden die worden
ondervonden bij het aanwerven van ambtenaren uit bepaalde lidsta
ten, waaronder Duitsland, het VK, Oostenrijk en Nederland, waarvan het personeelsaandeel in het secretariaat van het Parlement aanzienlijk kleiner is dan de „democratische weging” van het desbetreffende land in de Unie , en neemt nota van het feit dat een re
latief groot aantal personeelsleden de Belgische of de Luxemburgse natio
...[+++]naliteit heeft (13,6%, respectievelijk 2,3%) vanwege het feit dat het Parlement in die landen vestigingsplaatsen heeft; verzoekt het Bureau om de wervingsprocedures en -vereisten te evalueren om na te gaan wat het aandeel hiervan is in de moeilijkheden bij de werving van personeelsleden; 69. souligne la difficulté de recruter des fonctionnaires ou des agents de certains États membres tels que l'Allemagne, le Royaume-Uni, l'Autriche ou les Pays-Bas, pour lesque
ls la proportion de personnel au sein du secrétariat est significativement inférieure au «poids démographique» de
chacun de ces États dans l'Union et observe le nombre relativement élevé de ressortissants belges (13,6 %) ou luxembourgeois (2,3 %) au sein du personnel, conséquence de l'emplacement des lieux de travail du Parlement; demande au Bureau de réviser le
...[+++]s procédures et les exigences de recrutement afin de déterminer dans quelle mesure celles-ci peuvent créer des difficultés pour recruter du personnel;