3. De nationale aanvraag die uit de omzetting van een aanvraag of van een Uniemerk voortvloeit, krijgt in de betrokken lidstaat de datum van de aanvraag of de datum van voorrang van de aanvraag respectievelijk van het Uniemerk en, in voorkomend geval, de anciënniteit van een merk van die staat die op grond van artikel 39 of artikel 40 wordt ingeroepen.
3. La demande de marque nationale issue de la transformation d'une demande ou d'une marque de l'Union européenne bénéficie, dans l'État membre concerné, de la date de dépôt ou de la date de priorité de cette demande ou de cette marque et, le cas échéant, de l'ancienneté d'une marque de cet État revendiquée conformément à l'article 39 ou à l'article 40.