5. Niettegenstaande de bepalingen van de paragrafen 3 en 4 zijn de verjaringstermijnen en de voorrangregeling die krachtens de wetgeving van een overeenkomstsluitende Staat van toepassing zijn op een belastingvordering wegens de aard ervan, als dusdanig niet van toepassing op een belastingvordering die door die Staat werd aanvaard voor de toepassing van paragraaf 3 of 4.
5. Nonobstant les dispositions des paragraphes 3 et 4, les délais de prescription et la priorité applicables, en vertu de la législation d'un Etat contractant, à une créance fiscale en raison de sa nature en tant que telle ne s'appliquent pas à une créance fiscale acceptée par cet Etat aux fins du paragraphe 3 ou 4.