De directeur-generaal dient het comité van toezicht periodiek in kennis te stellen van de gevallen waarin informatie is doorgegeven aan de gerechtelijke autoriteiten van de lidstaten en van het totale aantal gevallen van het Bureau, die dezelfde gerechtelijke autoriteiten van de lidstaten in kwestie bij wijze van follow-up van een door het Bureau verricht onderzoek hebben behandeld.
Le directeur général devrait informer régulièrement le comité de surveillance des cas dans lesquels des informations ont été transmises aux autorités judiciaires des États membres et du nombre total de cas de l’Office traités par ces autorités judiciaires des États membres concernés, dans le cadre des suites données à une enquête menée par l’Office.