Aangezien het kapitaal dat een aanvullend pensioen uitmaakt berekend wordt op het aantal jaren dat de betrokkene waarschijnlijk zal overleven, heeft de fiscale wetgever de belasting van de fictieve rente die met het genoemde kapitaal overeenstemt terecht in de tijd beperkt (naar gelang van het geval tien of dertien jaar), wat de koninklijke besluiten van 1994 en 1996 niet gedaan hebben.
Dès lors que le capital tenant lieu de pension complémentaire est calculé sur le nombre d'années de survie probable de l'intéressé, c'est à juste titre que le législateur fiscal a limité dans le temps (selon le cas dix ou treize ans) la taxation de la rente fictive qui correspond audit capital, ce que n'ont pas fait les arrêtés royaux de 1994 et de 1996.