Het gaat evenwel ten vroegste in op de eerste dag van de maand die volgt op deze tijdens welke de langstlevende echtgenoot 45 jaar wordt, tenzij deze het bewijs levert van een blijvende arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 pct., dat hij een kind ten laste heeft of dat de overleden echtgenoot gedurende ten minste 20 jaar gewoonlijk en hoofdzakelijk als ondergronds mijnwerker tewerkgesteld is geweest.
Elle prend toutefois cours, au plus tôt, le premier jour du mois qui suit celui au cours duquel le conjoint survivant atteint l'âge de 45 ans, à moins que celui-ci ne justifie d'une incapacité de travail permanente de 66 p.c. au moins, qu'il ait un enfant à charge ou que le conjoint décédé ait été occupé habituellement et en ordre principal comme ouvrier mineur du fond pendant au moins 20 années.