7. onderstreept dat concessieovereenkomsten voor diensten niet vallen onder het toepassingsgebied van de Europese regels voor overheidsopdrachten; wijst er eens te meer op dat recht moet worden gedaan aan zowel de complexiteit van de procedures als aan de verschillen tussen de lidstaten in termen van rechtscultuur en rechtspraktijk ten aanzien van concessieovereenkomsten voor diensten; is van oordeel dat de definitie van het begrip „concessieovereenkomst voor diensten” en de formulering van het juridische kader dat van toepassing is op deze overeenkomsten, zich verder hebben uitgek
ristalliseerd na de aanneming van de richtlijnen betref
...[+++]fende overheidsopdrachten in 2004 en in aansluiting op de desbetreffende jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie; wijst erop dat indiening van voorstellen voor een rechtshandeling inzake concessieovereenkomsten alleen gerechtvaardigd is om eventuele verstoringen van de interne markt tegen te gaan; onderstreept dat er tot dusver nog geen verstoringen van die aard zijn geconstateerd en dat vaststelling van een rechtshandeling inzake concessieovereenkomsten derhalve niet nodig is, zolang deze niet gepaard gaat met een duidelijke verbetering van het functioneren van de interne markt; 7. souligne l'exclusion des concessions de services du champ d'application des règles européennes sur les marchés publics; rappelle qu'il convient de prendre en considération tant la complexité des procédures que les différences qui existent dans le domaine de la culture juridique et de la pratique juridique des États membres en ce qui concerne les concessions de services; considère que le débat sur la définition du terme «concessions de services» et l'établissement du cadre juridique qui régit ces concessi
ons a évolué à la suite de l'adoption des directives de 2004 sur les marchés publics et de la jurisprudence complémentaire de la Co
...[+++]ur de justice de l'Union européenne; insiste sur le fait qu'une proposition d'acte législatif relatif aux concessions de services ne se justifierait qu'en vue de remédier à d'éventuelles distorsions du marché intérieur; souligne qu'aucune distorsion de cet ordre n'a été identifiée à ce jour, et qu'un acte législatif relatif aux concessions de services est donc inutile s'il ne vise pas une amélioration évidente du fonctionnement du marché intérieur;