Artikel 49. Ingeval de leidende ambtenaar afwezig of verhinderd is, worden de delegatie
s die hem door deze onderafdeling, zijn verleend, ofwel uitgeoefend door
de ambtenaar van de algemene dienst, aangewezen bij een voorafgaande akte van subdelegatie, ofwel, bij gebrek aan zulke aanwijzing, door de ambtenaar van de algemene
dienst met de hoogste graad, met dien verstande dat bij gelijkheid in graad eerst rekening wordt gehouden met de graadanciënniteit, vervolgens met de
dienst ...[+++]anciënniteit en tenslotte met de leeftijd».
Article 49. En cas d'absence ou d'empêchement du fonctionnaire dirigeant, les délégations qui lui sont données par la présente sous-section sont exercées soit par l'agent du Service général désigné en vertu d'un acte de subdélégation préalable soit, en l'absence d'une telle désignation, par l'agent du Service général du grade le plus élevé étant entendu qu'à égalité de grade, il sera tenu compte, d'abord de l'ancienneté dans le grade, ensuite de l'ancienneté de service, enfin de l'âge».