2. a) Er werden 5.530 openbare betaaltelefoons geïnstalleerd die werken met munten en 9.220 openbare betaaltelefoons die werken met een telecard. b) De omzet van een telecardtoestel ligt gemiddeld twee keer hoger dan de omzet van een munttoestel.
2. a) 5.530 téléphones publics à monnaie et 9.220 téléphones publics à télécard ont été installés. b) Un appareil à télécards génère en moyenne un chiffre d'affaires deux fois supérieur à un appareil à monnaie.