2. Het toezicht op de rechtmatigheid van de verwerking van persoonsgegevens door de lidstaat in het kader van deze verordening met het oog op de in artikel 1, lid 2, van deze verordening vastgelegde doeleinden, met inbegrip van de toezending van gegevens van en naar Eurodac, wordt uitgeoefend door de overeenkomstig Kaderbesluit 2008/977/JBZ aangewezen nationale toezichthoudende autoriteiten.
2. Les autorités nationales de contrôle désignées en vertu de la décision-cadre 2008/977/JAI contrôlent la licéité du traitement de données à caractère personnel effectué par les États membres au titre du présent règlement, aux fins prévues à l'article 1er, paragraphe 2, du présent règlement, y compris leur transmission en provenance et à destination d'Eurodac.