De Vlaamse Regering bepaalt op welke wijze de voorschriften voor de toekenning van het gegarandeerde minimumbedrag, vermeld in artikel 31, § 2, en van het bedrag van de historische sokkel, vermeld in artikel 32, worden toegepast bij elke herstructurering en meer bepaald op welke wijze het verschil tussen de theoretische werkingsuitkeringen en de bedragen, vermeld in artikel 31, § 2, wordt verdeeld onder de nieuwe instellingen.
Le Gouvernement flamand fixe le mode d'application des prescriptions pour l'octroi du montant minimum garanti, visé à l'article 31, § 2, et du montant du socle financier historique, visé à l'article 32, lors de chaque restructuration et notamment la manière dont la différence entre les allocations de fonctionnement théoriques et les montants visés à l'article 31, § 2, est répartie entre les nouvelles institutions.