Traduction de «31 december 2014 respectievelijk 31 december 2015 gestort » (Néerlandais → Français) :

Een voorschot van 75 % berekend op basis van de in 2012 geleverde hoeveelheid plasma wordt voor 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2015 gestort aan het RIZIV. Het saldo wordt gestort voor 30 juni 2015 respectievelijk 30 juni 2016.
Une avance de 75 % calculée sur la base de la quantité de plasma fournie en 2012 est versée à l’INAMI respectivement avant le 31 décembre 2014 et 31 décembre 2015. Le solde est versé respectivement avant le 30 juin 2015 et le 30 juin 2016.

Een voorschot van 75 % berekend op basis van de in 2012 geleverde hoeveelheid plasma wordt voor 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2015 gestort aan het RIZIV. Het saldo wordt gestort voor 30 juni 2015 respectievelijk 30 juni 2016.
Une avance de 75 % calculée sur la base de la quantité de plasma fournie en 2012 est versée à l'INAMI respectivement avant le 31 décembre 2014 et 31 décembre 2015. Le solde est versé respectivement avant le 30 juin 2015 et le 30 juin 2016.

Een voorschot van 75 % berekend op basis van de in 2012 geleverde hoeveelheid plasma wordt voor 31 december 2014 respectievelijk 31 december 2015 gestort aan het RIZIV.
Une avance de 75 % calculée sur la base de la quantité de plasma fournie en 2012 est versée à l'INAMI respectivement avant le 31 décembre 2014 et 31 décembre 2015.

De Raad heeft op 17 december 2014 Besluit 2014/922/GBVB (2) tot wijziging en verlenging van Besluit 2010/279/GBVB vastgesteld, waarbij in het bijzonder EUPOL AFGHANISTAN werd verlengd tot en met 31 december 2016 en voor de missie in een financieel referentiebedrag werd voorzien voor de periode tot en met 31 december 2015.
Le 17 décembre 2014, le Conseil a adopté la décision 2014/922/PESC (2) modifiant et prorogeant la décision 2010/279/PESC, en particulier en prorogeant EUPOL AFGHANISTAN jusqu'au 31 décembre 2016 et prévoyant un montant de référence financière pour la période allant jusqu'au 31 décembre 2015.

Art. 5. In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 3 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Paragraaf 3 wordt vervangen als volgt : § 3 Het quotum bedraagt : -3 % tussen 1 januari 2003 en 31 december 2003; - 4 % tussen 1 januari 2004 en 31 december 2004; - 5 % tussen 1 januari 2005 en 31 december 2005; - 6 % tussen 1 januari 2006 en 31 december 2006; - 7 % tussen 1 januari 2007 en 31 december 2007; - 8 % tussen 1 januari 2008 en 31 december 2008; - 9 % tussen 1 januari 2009 en 31 december 2009; - 10 % tussen 1 januari 2010 en 31 maart 2010 en 11,75 % tussen 1 april 2010 en 31 december 2010 - 13,50 % tussen 1 januari 2011 en 31 december 2011; - 15,75 % tussen 1 januari 2012 en 31 december 2012; - 19,4 % tussen 1 januari 2013 en 31 december 2013; - 23,1 % tussen 1 januari 2014 en 31 december 2014; - 27,7 % tussen 1 januari 2015 en 31 december 2015; - 32,4 % tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016; - 34,03 % tussen 1 januari 2017 en 31 december 2017; - 35,65 % tussen 1 januari 2018 en 31 december 2018; - 37,28 % tussen 1 januari 2019 en 31 december 2019; - 37,9 % tussen 1 januari 2020 en 31 december 2020; - 34,03 % tussen 1 januari 2021 en 31 december 2021; - 35,65 % tussen 1 januari 2022 en 31 december 2022; - 37,28 % tussen 1 januari 2023 en 31 december 2023; - 37,9 % tussen 1 januari 2024 en 31 december 2024".
Art. 5. A l'article 25 du même arrêté, modifié par l'arrêté du 3 avril 2014, les modifications suivantes sont apportées : 1° le paragraphe 3 est remplacé comme suit : « § 3. Le quota est de : - 3 % entre le 1 janvier 2003 et le 31 décembre 2003; - 4 % entre le 1 janvier 2004 et le 31 décembre 2004; - 5 % entre le 1 janvier 2005 et le 31 décembre 2005; - 6 % entre le 1 janvier 2006 et le 31 décembre 2006; - 7 % entre le 1 janvier 2007 et le 31 décembre 2007; - 8 % entre le 1 janvier 2008 et le 31 décembre 2008; - 9 % entre le 1 janvier 2009 et le 31 décembre 2009; - 10 % entre le 1 janvier 2010 et le 31 mars 2010 et 11,75 % entre le 1 avril 2010 et le 31 décembre 2010; - 13,50 % entre le 1 janvier 2011 et le 31 décembre 2011; - 15,75 % entre le 1 janvier 2012 et le 31 décembre 2012; - 19,4 % entre le 1 janvier 2013 et le 31 décembre 2013; - 23,1 % entre le 1 janvier 2014 et le 31 décembre 2014; - 27,7 % entre le 1 janvier 2015 et le 31 décembre 2015; - 32,4 % entre le 1 janvier 2016 et le 31 décembre 2016; - 34,03 % entre le 1 janvier 2017 et le 31 décembre 2017; - 35,65 % entre le 1 janvier 2018 et le 31 décembre 2018; - 37,28 % entre le 1 janvier 2019 et le 31 décembre 2019; - 37,9 % entre le 1 janvier 2020 et le 31 décembre 2020; - 34,03 % entre le 1 janvier 2021 et le 31 décembre 2021; - 35,65 % entre le 1 janvier 2022 et le 31 décembre 2022; - 37,28 % entre le 1 janvier 2023 et le 31 décembre 2023; - 37,9 % entre le 1 janvier 2024 et le 31 décembre 2024».

De ministers van Justitie van de Ontvangststaat en van de Zendstaat kunnen uiterlijk op 1 juli 2014 overeenkomen dat de penitentiaire inrichting ook na 31 december 2014 ter beschikking blijft van de Zendstaat tot 31 december 2015; en uiterlijk op 1 juli 2015 dat de penitentiaire inrichting ook na 31 december 2015 ter beschikking blijft van de Zendstaat tot 31 december 2016.
Il est en effet prévu que les ministres de la Justice de l'État d'accueil et de l'État d'origine peuvent convenir, au plus tard le 1 juillet 2014, que l'établissement pénitentiaire demeurera à la disposition de l'État d'origine après le 31 décembre 2014 et ce, jusqu'au 31 décembre 2015 au plus tard; il sera également possible de convenir le 1 juillet 2015 au plus tard que l'établissement pénitentiaire demeurera à la disposition de l'État d'origine après le 31 décembre 2015, et ce jusqu'au 31 décembre 2016 au plus tard.

De gesubsidieerde programma's en projecten van de in § 1 bedoelde organisaties, die aanvangen tussen 1 januari 2014 en 31 december 2016, hebben een looptijd respectievelijk van maximum drie jaar en van maximum twee jaar en eindigen uiterlijk op 31 december 2016.
Les programmes et projets subventionnés des organisations visées au § 1, qui débutent entre le 1 janvier 2014 et le 31 décembre 2016, ont une durée maximale respectivement de trois ans et de deux ans et prennent fin au plus tard le 31 décembre 2016.

Voor de prijsverhogingsaanvragen ingediend tussen 1 januari 2014 en 31 december 2014 nemen de in artikel 5, § 2, van het ministerieel besluit van 29 december 1989 betreffende de prijzen van de terugbetaalbare geneesmiddelen bedoelde termijnen een aanvang op 1 januari 2015.
Pour les demandes de hausse de prix introduites entre le 1 janvier 2014 et le 31 décembre 2014, les délais prévus à l’article 5, § 2, de l’arrêté ministériel du 29 décembre 1989 relatif aux prix des médicaments remboursables, ne commencent à courir qu’à partir du 1 janvier 2015.

In het Toetredingsverdrag is voorzien in een afwijking voor twee eenheden van TPP „Bobov dol” tot respectievelijk 31 december 2011 en 31 december 2014; de derde eenheid moest vanaf 1 januari 2008 voldoen aan de vereisten van Richtlijn 2001/80/EG.
En vertu du traité d'adhésion, CT Bobov dol fait l'objet d'une dérogation pour deux de ses unités, jusqu'au 31 décembre 2011 et au 31 décembre 2014 respectivement. La troisième unité aurait dû répondre aux conditions de la directive 2001/80/CE à partir du 1er janvier 2008.

De ministers van Justitie van de ontvangststaat en de zendstaat kunnen uiterlijk 1 juli 2014 overeenkomen dat de penitentiaire inrichting ook na 31 december 2014 ter beschikking blijft van de zendstaat, tot uiterlijk 31 december 2015.
Les ministres de la Justice de l'État d'accueil et de l'État d'origine peuvent convenir, au plus tard le 1 juillet 2014, que l'établissement pénitentiaire demeurera à la disposition de l'État d'origine même après le 31 décembre 2014 et ce, jusqu'au 31 décembre 2015 au plus tard.