Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «waargenomen bij ongecompliceerde hypertensieve patiënten » (Néerlandais → Français) :

Lisinopril Symptomatische hypotensie Symptomatische hypotensie werd zelden waargenomen bij ongecompliceerde hypertensieve patiënten. Bij hypertensieve patiënten die lisinopril krijgen, zal hypotensie vaker voorkomen indien de patiënt een volumedepletie heeft bijv. door behandeling met diuretica, zoutarm dieet, dialyse, diarree of braken, of een ernstige renine-afhankelijke hypertensie heeft (zie 4.5 en 4.8).

un régime pauvre en sel, une dialyse, de la diarrhée ou des vomissements ou lorsqu'il souffre d'une hypertension fortement rénine-dépendante (voir 4.5 et 4.8).


Symptomatische hypotensie Symptomatische hypotensie is zeldzaam bij ongecompliceerde hypertensieve patiënten.

Hypotension symptomatique De rares cas d’hypotension symptomatique sont observés chez des patients présentant une hypertension non compliquée.


Symptomatische hypotensie komt zelden voor bij ongecompliceerde hypertensieve patiënten.

Une hypotension symptomatique est rarement observée en cas d’hypertension non compliquée.


Stijgingen van BUN en serumcreatinine werden waargenomen bij respectievelijk 2% en 2% van de hypertensieve patiënten die een monotherapie met quinapril kregen en bij respectievelijk 4% en 3% van de hypertensieve patiënten die quinapril/HCTZ kregen.

Des augmentations de l'azote uréique du sang et de la créatinine sérique ont été observées chez respectivement 2% et 2 % des patients hypertendus recevant du quinapril en monothérapie et chez respectivement 4% et 3% des patients hypertendus sous quinapril/HCTZ.


Patiënten met natrium- en/of volumedepletie Uitgesproken hypotensie, waaronder orthostatische hypotensie, werd waargenomen bij 1,7% van de patiënten behandeld met de hoogste dosis Exforge HCT (10 mg/320 mg/25 mg) vergeleken met 1,8% van de valsartan/hydrochloorthiazide (320 mg/25 mg) patiënten, 0,4% van de amlodipine/valsartan (10 mg/320 mg) patiënten, en 0,2% van de hydrochloorthiazide/amlodipine (25 mg/10 mg) patiënten in een gecontroleerd onderzoek bij patiënten met matig tot ernstige ongecompliceerde hypertens ...[+++]

Patients présentant une déplétion sodée et/ou volémique Dans une étude contrôlée menée chez des patients présentant une hypertension modérée à sévère sans complications, une hypotension excessive, y compris une hypotension orthostatique, a été observée chez 1,7 % des patients traités par Exforge HCT à la dose maximale (10 mg/320 mg/25 mg) par rapport à 1,8 % des patients traités par valsartan/hydrochlorothiazide (320 mg/25 mg), 0,4 % des patients traités par amlodipine/valsartan (10 mg/320 mg) et 0,2 % des patients traités par hydrochlorothiazide/amlodipine (25 mg/10 mg).


Patiënten met natrium- en/of volumedepletie Uitgesproken hypotensie, waaronder orthostatische hypotensie, werd waargenomen bij 1,7% van de patiënten behandeld met de hoogste dosis Exforge HCT (10 mg/320 mg/25 mg) vergeleken met 1,8% van de valsartan/hydrochloorthiazide (320 mg/25 mg) patiënten, 0,4% van de amlodipine/valsartan (10 mg/320 mg) patiënten, en 0,2% van de hydrochloorthiazide/amlodipine (25 mg/10 mg) patiënten in een gecontroleerd onderzoek bij patiënten met matig tot ernstige ongecompliceerde hypertens ...[+++]

Patients présentant une déplétion sodée et/ou volémique Dans une étude contrôlée menée chez des patients présentant une hypertension modérée à sévère sans complications, une hypotension excessive, y compris une hypotension orthostatique, a été observée chez 1,7 % des patients traités par Exforge HCT à la dose maximale (10 mg/320 mg/25 mg) par rapport à 1,8 % des patients traités par valsartan/hydrochlorothiazide (320 mg/25 mg), 0,4 % des patients traités par amlodipine/valsartan (10 mg/320 mg) et 0,2 % des patients traités par hydrochlorothiazide/amlodipine (25 mg/10 mg).


Pediatrische patiënten Gebaseerd op de beperkte hoeveelheid gegevens over veiligheid afkomstig uit een farmacokinetische studie over behandeling met aliskiren bij 39 hypertensieve kinderen van 6-17 jaar oud wordt aangenomen dat de frequentie, het type en de ernst van bijwerkingen bij kinderen dezelfde zijn als er wordt waargenomen bij hypertensieve volwassenen.

Population pédiatrique Compte-tenu de données de tolérance limitées issues d’une étude de pharmacocinétique chez 39 enfants hypertendus âgés de 6 à 17 ans traités par l’aliskiren, la fréquence, le type et la sévérité des effets indésirables chez les enfants sont susceptibles d’être similaires à ceux observés chez les adultes hypertendus.


Patiënten met natrium- en/of volumedepletie Uitgesproken hypotensie werd waargenomen bij 0,4% van de patiënten met ongecompliceerde hypertensie die behandeld werden met Imprida in placebogecontroleerde onderzoeken.

Déplétion sodée et/ou volémique Une hypotension excessive a été observée chez 0,4 % des patients traités par Imprida pour une hypertension artérielle non compliquée dans des études contrôlées contre placebo.


Hypotensie en verstoorde vocht- en elektrolytenbalans Bij patiënten met ongecompliceerde hypertensie wordt symptomatische hypotensie zelden waargenomen. Bij patiënten met hypertensie die enalaprilmaleaat/hydrochloorthiazide 20 mg/12,5 mg krijgen, zal symptomatische hypotensie eerder optreden als er bij de patiënt sprake is van volumedepletie, bijvoorbeeld als gevolg van behandeling met een diureticum, een zoutarm dieet, diarree of braken (zie rubrieken 4.5 en 4.8).

traitement par diurétiques, de régime pauvre en sel, de diarrhée ou de vomissements (voir rubriques 4.5 et 4.8).


Zoals ook waargenomen voor ACE-remmers, zijn irbesartan en de andere angiotensine-2- receptorantagonisten duidelijk minder effectief in verlaging van de bloeddruk bij patiënten met een donkere huidskleur dan bij patiënten met een lichte huidskleur, mogelijk als gevolg van de hogere prevalentie van een laag-renine status in de zwarte hypertensieve populatie (zie rubriek 5.1).

Comme observé avec les inhibiteurs de l'enzyme de conversion, l'irbésartan et les autres antagonistes de l'angiotensine semblent moins efficaces pour baisser la pression artérielle chez les sujets noirs par rapport aux sujets non-noirs, probablement à cause d'une plus forte prévalence d'un taux de rénine bas dans la population hypertendue noire (voir rubrique 5.1).


w