Vertaling van "vrouwenjaren " (Nederlands → Frans) :

In een prospectieve, niet-gecontroleerde studie uitgevoerd onder de auspiciën van de Wereldgezondheidsorganisatie (gepubliceerd in 1992), bedroeg de incidentie van ontsteking van het kleine bekken bij vrouwen met een spiraaltje 6,3 per 1.000 vrouwenjaren; volgens deze studie is het risico van ontsteking van het kleine bekken de eerste 20 dagen na het plaatsen het hoogst.
Dans une étude prospective, non contrôlée, réalisée sous les auspices de l’Organisation Mondiale de la Santé (publiée en 1992), l’incidence d’infections du petit bassin chez les femmes porteuses d’un stérilet était de 6,3 cas pour 1.000 femmes par an; d’après cette étude, ce risque d’infection est le plus élevé pendant les 20 premiers jours qui suivent la mise en place du stérilet.

Zeldzaam : 1,54/1000 vrouwenjaren (Cu en LNG vergelijkbaar)
Rare : 1,54/1000 années-femmes (comparable Cu et LNG)

Het risico van ontsteking van het kleine bekken te wijten aan de aanwezigheid van een spiraaltje is gering (5 à 6 gevallen per 1.000 vrouwenjaren).
Le risque d’infection du petit bassin suite à la présence d’un stérilet est faible (5 à 6 cas pour 1.000 femmes par an).

In een andere studie werd gevonden dat ongeveer 5 vrouwen per 1.000 vrouwenjaren hun spiraaltje lieten verwijderen omwille van ontsteking.
Dans une autre étude, il a été observé qu’environ 5 femmes par 1.000 femmes-années faisaient retirer leur stérilet en raison d’une infection.

– Eerste 20 dagen (x6) (9,66/1000 vrouwenjaren)
– 20 premiers jours (x6) (9,66/1000 années-femmes)

Epidemiologische studies hebben aangetoond dat de incidentie op VTE bij het gebruik van een oraal contraceptivum met een lage oestrogeeninhoud (< 50µg ethinylestradiol) oploopt tot 40 gevallen op 100000 vrouwenjaren.
Les études épidémiologiques ont démontré qu’en cas d’utilisation d’un contraceptif oral à faible teneur en œstrogène (< 50 µg d’éthinylestradiol), l’incidence de TEV augmente jusqu’à 40 cas pour 100 000 années-femmes.

Epidemiologische studies hebben aangetoond dat de incidentie van VTE bij vrouwen die orale anticonceptiva met een laag œstrogeengehalte (< 50 µg ethinylestradiol) gebruiken, maximaal 40 gevallen op 100.000 vrouwenjaren bedraagt.
Des études épidémiologiques ont démontré que l’incidence de TEV chez les femmes qui utilisent des contraceptifs oraux à faible teneur en œstrogène (< 50 µg éthinylœstradiol) est de 40 cas maximum sur 100.000 personnes-année.

Die incidentie is te vergelijken met 5 à 10 gevallen per 100.000 vrouwenjaren voor niet gebruiksters.
Cette incidence est à comparer à 5 à 10 cas par 100.000 années-femmes chez les non-utilisatrices.

1.CIRCULATOIRE AANDOENINGEN Uit epidemiologische studies is gebleken dat de incidentie van veneuze trombo-embolie (VTE) bij gebruiksters van orale anticonceptiva met een lage oestrogeendosis (< 50 µg ethinylestradiol) ongeveer tussen 20 en 40 gevallen per 100.000 vrouwenjaren ligt, maar deze risicoraming varieert in functie van het gestageen.
1. AFFECTIONS CIRCULATOIRES Des études épidémiologiques ont indiqué que l'incidence de thrombo-embolies veineuses (TEV) chez des utilisatrices de contraceptifs oraux faiblement dosés en œstrogènes (< 50 µg d'éthinylestradiol) se situe environ entre 20 et 40 cas par 100.000 années-femmes, mais cette estimation du risque varie en fonction du progestatif.

Dit komt overeen met 5 tot 10 gevallen op 100000 vrouwenjaren voor niet-gebruikers.
Chez les non-utilisatrices, elle est de 5 à 10 cas pour 100 000 années-femmes.