Vertaling van "vivo modellen " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

in vivo | in het levende organisme
in vivo

ex-vivo-celkweekmedium
milieu de culture cellulaire ex vivo

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

De veiligheidsmarges in in vitro pro-aritmische modellen (geïsoleerd Langendorff geïrrigeerd hart) en in in vivo modellen (hond, cavia, konijnen, gesensitiseerd voor torsades de pointes) bedroegen meer dan het 17-voudige van de vrije plasmaconcentraties bij mensen bij de maximale dagelijkse dosis (20 mg viermaal per dag).
Dans les modèles pro-arythmiques in vitro (cœur isolé irrigué selon la méthode de Langendorff) et les modèles in vivo (chiens, cobayes et lapins sensibilisés aux torsades de pointe), les marges de sécurité étaient plus de 17 fois supérieures aux concentrations plasmatiques libres observées chez l’être humain en cas d’administration de la dose quotidienne maximale (20 mg quatre fois par jour).

Nochtans, uit in-vitro pro-arrythmische modellen (geïsoleerd Langendorff geïnfuseerd hart) en uit in-vivo modellen (honden, cavia's en konijnen met een verhoogde gevoeligheid voor torsades de pointes) bleek dat de veiligheidsmarges echter meer dan 17 maal hoger zijn dan de vrije plasmaconcentraties bij de mens aan de maximale dagelijkse dosis (viermaal 20 mg per dag).
Cependant, des expériences proarythmiques in-vitro (effectuées sur un cœur Langendorff isolé sous perfusion) et des modèles in-vivo (chiens, cobayes et lapins présentant une sensibilité accrue pour les torsades de pointes) ont indiqué que les marges de sécurité sont plus de 17 fois supérieures aux concentrations plasmatiques libres chez l’homme à la dose journalière maximale (4 fois 20 mg par jour).

In in-vitro proaritmische modellen (geïsoleerd geperfuseerd hart volgens Langendorff) en in in-vivo modellen (honden, cavia’s, konijnen gevoelig voor torsades de pointes) waren de veiligheidsmarges echter meer dan 17 maal hoger dan de vrije plasmaconcentraties bij de mens aan de maximale dagelijkse dosis (20 mg viermaal per dag).
Cependant, dans les modèles pro-arythmiques (cœur isolé perfusé selon Langendorff) et les modèles in vivo (chiens, cobayes, lapins sensibles aux torsades de pointes), les marges de sécurité étaient plus de 17 fois supérieures aux concentrations plasmatiques libres chez l’homme à la dose quotidienne maximale (20 mg quatre fois par jour).

modellen (geïsoleerd Langendorff geïrrigeerd hart) en in in vivo-modellen (hond, cavia, konijnen,
dans des modèles pro-arythmiques in vitro (cœur perfusé isolé en mode Langendorff) et dans des

Olanzapine vertoonde een hogere in-vitro-affiniteit voor serotonine 5HT 2 - dan dopamine D 2 -receptoren en grotere 5HT 2 -activiteit dan D 2 -activiteit in in-vivo-modellen.
Il a été démontré dans des études in vitro que l’olanzapine avait une plus grande affinité pour les récepteurs sérotoninergiques 5-HT 2 que pour les récepteurs dopaminergiques D 2 , et une plus grande activité in vivo sur les modèles 5-HT 2 par rapport aux modèles D.

In in vivo-modellen van een non-hodgkinlymfoom, glioblastoma multiforme, medulloblastoom en acute lymfatische leukemie remde plerixafor de tumorgroei wanneer het intermitterend werd gedoseerd.
A doses discontinues, le plérixafor a inhibé la croissance tumorale sur des modèles in vivo de lymphome non hodgkinien, de glioblastome, de médulloblastome et de leucémie aiguë lymphoblastique.

De inductie van significante resistentie bij zowel in vitro als in vivo modellen is < 1 verdunningsverhoging in MIC's voor Streptococcus pyogenes, Haemophilus influenzae en Enterobacteriaceae na negen subletale passages van het werkzaam bestanddeel en drie verdunningstoenames voor Staphylococcus aureus, en ontwikkeling van in vitro resistentie door mutatie is zeldzaam.
L’induction d’une résistance significative dans les modèles in vitro et in vivo correspond à une augmentation de la dilution < 1 des valeurs CMI pour les Streptococcus pyogenes, l’Haemophilus influenzae, et l’Enterobacterciae après neuf passages sublétaux de la substance active et trois augmentations de la dilution pour le Staphylococcus aureus, et le développement d’une résistance in vitro suite à la mutation est rare.

De inductie van significante resistentie bij zowel in vitro als in vivo modellen is ≤ 1 verdunningsverhoging in MIC's voor S. pyogenes, H. influenzae en Enterobacteriaceae na negen subletale passages van het werkzaam bestanddeel en drie verdunningstoenames voor S. aureus, en ontwikkeling van in vitro resistentie door mutatie is zeldzaam.
L’induction d’une résistance significative dans les modèles aussi bien in vitro qu’in vivo entraîne une augmentation de dilution < 1 des CMI en ce qui concerne S. pyogenes, H. influenzae et Enterobacteriaceae après neuf passages sublétaux de la substance active et une multiplication par trois de la dilution pour S. aureus ; l'apparition d’une résistance in vitro liée à une mutation est rare.