Een gerechtigde die een vrijwilligersactiviteit uitoefent (verenigbaar met zijn algemene gezondheidstoestand), maar wiens verdienvermogen niet meer verminderd is met de vereiste graad, zou derhalve arbeidsgeschikt beschouwd moeten worden.
Un titulaire exerçant une activité bénévole (compatible avec son état général de santé), mais dont la capacité de gain n’est plus réduite à raison du pourcentage requis, devrait par conséquent être jugé apte à travailler.