Vertaling van "uremie " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

uremie | bloedvergiftiging door onvoldoende werking van de nieren
urémie | excès d'urée | dû à une insuffisance rénale grave

uremie van pasgeborene
Urémie du nouveau-né

uremie NNO
Urémie SAI

uremie
urémie

extrarenale uremie
Urémie extrarénale

prerenale uremie
Urémie prérénale

dementie bij | epilepsie (G40.-) | dementie bij | hepatolenticulaire degeneratie (E83.0) | dementie bij | hersenlipidose (E75.-) | dementie bij | hypercalciëmie (E83.5) | dementie bij | hypothyroïdie, verworven (E01.-, E03.-) | dementie bij | intoxicaties (T36-T65) | dementie bij | lupus erythematodes disseminatus (M32.-) | dementie bij | multipele sclerose (G35) | dementie bij | neurosyfilis (A52.1) | dementie bij | niacinedeficiëntie [pellagra] (E52) | dementie bij | polyarteriitis nodosa (M30.0) | dementie bij | trypanosomiasis (B56.-, B57.-) | dementie bij | uremie (N18.5) | dementie bij | vitamine B12-deficiëntie (E53.8)
Démence au cours de:carence en:acide nicotinique [pellagre] (E52+) | vitamine B12 (E53.8+) | dégénérescence hépatolenticulaire (E83.0+) | épilepsie (G40.-+) | hypercalcémie (E83.5+) | hypothyroïdie acquise (E01.-+, E03.-+) | intoxications (T36-T65+) | lipidose cérébrale (E75.-+) | lupus érythémateux disséminé (M32.-+) | neurosyphilis (A52.1+) | périartérite noueuse (M30.0+) | sclérose en plaques (G35+) | trypanosomiase (B56.-+, B57.-+)

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Het waren personen (gemiddeld 66 jaar) die een intolerantie vertoonden t.o.v. ACE-inhibitoren. Deze intolerantie werd ruim gedefinieerd als het optreden van: hoesten, symptomatische hypotensie, gestegen uremie, hyperkaliëmie, smaakstoornissen, gastro-intestinale klachten en huiduitslag.
Il s’agissait de personnes (âgées en moyenne de 66 ans) qui présentaient une intolérance aux IEC. Cette intolérance a été largement définie comme étant la survenue de: toux, hypotension symptomatique, augmentation de l’urémie, hyperkaliémie, dysgueusie, e plaintes gastro-intestinales et éruptions cutanées.

Bij dehydratie is de uremie gestegen ten opzichte van creatininemie 9 (zie noot 4)
La déshydratation est caractérisée par une urée sanguine proportionnellement plus élevée que la créatininémie 9 (voir annotation 4)

Het teveel aan afvalstoffen in het lichaam kan leiden tot een bloedvergiftiging hetgeen uremie wordt genoemd.
L’accumulation des déchets dans le corps peut provoquer une intoxication du sang connue sous le nom d’urémie.

veranderingen in urinefunctie die ernstig kan zijn, uremie (een schadelijke conditie veroorzaakt door nierfalen en gekenmerkt door ophoping van ureum in het bloed)
modifications de la fonction urinaire qui peuvent être graves, urémie (une affection toxique due à une insuffisance rénale et à une accumulation d'urée dans le sang)

Lisinopril: Myocardinfarct of cerebrovasculair accident, tachycardie (versnelling van de hartfrequentie), angina pectoris, (hartbeklemming), syncope (bewustzijnsverlies), opvliegingen (rood gezicht), anafylactische (allergische) reacties, syndroom van Raynaud, proteïnurie (eiwitverlies met de urine), lichtgevoeligheid, buikpijn en slechte spijsvertering, humeurigheid, zinsverbijstering, duizeligheid zijn geobserveerd; smaak- en slaapstoornissen zijn gemeld; bronchospasme, rinitis (neusverkoudheid), bijholteontsteking, haaruitval, netelroos, overvloedige transpiratie, jeukende huid, eczeem en ernstige huidstoornissen zijn gerapporteerd; hyponatriëmie, uremie (niervergiftiging), vermindering/verdwijning van de urineproductie, nierfunctiestoornis, acute nierinsufficiëntie, hepatitis (leveronsteking), geelzucht en hemolytische bloedarmoede.
Lisinopril : Infarctus du myocarde ou accident cérébrovasculaire, tachycardie (accélération de la fréquence cardiaque), angine de poitrine, syncope, flush (rougeur faciale), réactions anaphylactiques (allergiques), syndrome de Raynaud, protéinurie, photosensibilité, douleurs abdominales et indigestion, sautes d’humeur, confusion mentale, vertiges ont été observés ; des troubles du goût et du sommeil ont été rapportés ; bronchospasme, rhinite, sinusite, chute des cheveux ou des poils, urticaire, sueur abondante, démangeaisons de la peau, eczéma et troubles cutanés graves, ont été rapportés ; hyponatrémie, urémie, diminution/disparition de la production d’urine, dysfonctionnement rénal, insuffisance rénale aiguë, hépatite (inflammation du foie), jaunisse et anémie hémolytique.

- een schadelijke conditie veroorzaakt door nierfalen en gekenmerkt door ophoping van ureum in het bloed (uremie)
- urémie (une affection toxique causée par une insuffisance rénale et caractérisée par l’accumulation d’urée dans le sang)

Nier- en urinewegaandoeningen Vaak: nierdysfunctie Zelden: uremie, acuut nierfalen Zeer zelden: oligurie/anurie
Affections du rein et des voies urinaires Fréquent: dysfonction rénale Rare: urémie, insuffisance rénale aiguë Très rare: oligurie/anurie

Ze kent diverse oorzaken, waaronder maagdarmen stofwisselingsstoornissen, afbraakproducten (uremie, ketose, hypercalciëmie), dehydratie, bijwerkingen van medicatie en stress.
Elles peuvent avoir différentes causes, notamment des perturbations de la digestion et du métabolisme, la présence de produits de dégradation (urémie, cétose, hypercalcémie), la déshydratation, les effets indésirables des médicaments et le stress.

In niet-klinische veiligheidsstudies veroorzaakte een toediening van hoge dosissen valsartan (200 tot 600 mg/kg lichaamsgewicht) aan ratten, een daling van de rode bloedcelparameters (erytrocyten, hemoglobine, hematocriet) alsook bewijzen van veranderingen van de renale hemodynamiek (lichte stijding van de uremie, renale tubulaire hyperplasie en basofilie bij mannetjesratten).
Lors d’études non cliniques de sécurité, l’administration de doses élevées de valsartan (200 à 600 mg/kg de poids corporel) chez le rat a induit une diminution des paramètres relatifs aux globules rouges (érythrocytes, hémoglobine, hématocrite) et des signes de modifications de l’hémodynamique rénale (légère augmentation des taux plasmatiques d’urée, hyperplasie tubulaire rénale et basophilie chez les mâles).

Bij dezelfde dosissen stelde men bij de zijdeapen, gelijkaardige, doch meer uitgesproken, veranderingen vast, vooral in de nier waar er een evolutie was naar nefropathie met stijging van de uremie en van de creatinineplasmaspiegels.
Chez le ouistiti, après l’administration de doses similaires, les modifications étaient similaires mais plus graves, en particulier au niveau des reins où les modifications ont évolué en une néphropathie incluant une augmentation des taux d’urée et de créatinine.