Traduction de «thiaziden » (Néerlandais → Français) :

De thiaziden en de lisdiuretica zijn de belangrijkste oorzaak van hypokaliëmie.
Les thiazides et les diurétiques de l' anse sont la cause principale d' hypokaliémie.

ATC Werkzaam bestanddeel jaar van eerste inschrijving A10BD07 METFORMINE MET SITAGLIPTINE 2010 A10BH03 SAXAGLIPTINE 2010 A10BX07 LIRAGLUTIDE 2010 A12AA12 CALCIUMACETAAT, WATERVRIJ 2010 A16AA06 BETAINE 2010 A16AX07 SAPROPTERINE 2010 B01AC09 EPOPROSTENOL 2010 B01AC11 ILOPROST 2010 B01AC22 PRASUGREL 2010 B02BX05 ELTROMBOPAG 2010 C07BB SELECTIEVE BETA-BLOKKERS MET THIAZIDEN 2010 C07BB12 NEBIVOLOL MET THIAZIDEN 2010 C09DX01 VALSARTAN MET AMLODIPINE EN HYDROCHLOORTHIAZIDE 2010 H01CA03 HISTRELINE 2010 L01XE02 GEFITINIB 2010 L01XE10 EVEROLIMUS 2010 L02BX02 DEGARELIX 2010 L03AX16 PLERIXAFOR 2010 L04AB05 CERTOLIZUMAB PEGOL 2010 L04AB06 GOLIMUMAB 2010 L04AC05 USTEKINUMAB 2010 M01AE52 NAPROXEN MET ESOMEPRAZOL 2010 M05BX04 DENOSUMAB 2010 N03AX17 STIRIPENTOL 2010 N03AX18 LACOSAMIDE 2010 N07XX04 NATRIUMOXYBAAT 2010 V03AB35 SUGAMMADEX 2010
A10BD07 METFORMINE ET SITAGLIPTINE 2010 A10BH03 SAXAGLIPTINE 2010 A10BX07 LIRAGLUTIDE 2010 A12AA12 ACETATE DE CALCIUM ANHYDRE 2010 A16AA06 BETAINE 2010 A16AX07 SAPROPTERINE 2010 B01AC09 EPOPROSTENOL 2010 B01AC11 ILOPROST 2010 B01AC22 PRASUGREL 2010 B02BX05 ELTROMBOPA G 2010 C07BB BETA-BLOQUANTS SELECTIFS ET THIAZIDES 2010 C07BB12 NEBIVOLOL ET THIAZIDES 2010 C09DX01 VALSARTAN, AMLODIPINE ET HYDROCHLOROTHIAZIDE 2010 H01CA03 HISTRELINE 2010 L01XE02 GEFITINIB 2010 L01XE10 EVEROLIMUS 2010 L02BX02 DEGARELIX 2010 L03AX16 PLERIXAFOR 2010 L04AB05 CERTOLIZUMAB PEGOL 2010 L04AB06 GOLIMUMAB 2010 L04AC05 USTEKINUMAB 2010 M01AE52 NAPROXENE ET ESOMEPRAZOLE 2010 M05BX04 DENOSUMAB 2010 N03AX17 STIRIPENTOL 2010 N03AX18 LACOSAMIDE 2010 N07XX04 OXYBATE DE SODIUM 2010 V03AB35 SUGAMMADEX 2010

Volgens Davies’s Textbook of Adverse Drug Reactions [Chapman & Hall Medical, 5 de editie, 1998] gaat het daarbij vooral om volgende middelen: ß-agonisten, ß-blokkers (mogelijk met uitzondering van carvedilol), ciclosporine, corticosteroïden, orale anticonceptiva, pentamidine, thiaziden (maar waarschijnlijk niet met de doses thiaziden die momenteel worden gebruikt).
Selon le Davies’s Textbook of Adverse Drug Reactions [Chapman & Hall Medical, 5 ème édition, 1998], il s’agit surtout des médicaments suivants: ß-agonistes, ß-bloquants (probablement à l’exception du carvédilol), ciclosporine, corticostéroïdes, contraceptifs oraux, pentamidine, thiazides (mais, pour ces derniers, vraisemblablement pas aux doses actuellement utilisées).

- Klassiek worden op basis van doeltreffendheid, geringe kostprijs en ruime ervaring, thiaziden of aanverwanten, en ß-blokkers als eerste keuze beschouwd voor de startbehandeling van ongecompliceerde hypertensie.
- Etant donné l’efficacité, le faible coût et la large expérience avec les thiazides ou apparentés, et les ß-bloquants, ces médicaments sont classiquement considérés comme médicaments de premier choix dans le traitement initial de l’hypertension non compliquée.

- In de Amerikaanse richtlijnen worden de thiaziden of aanverwanten naar voren geschoven als eerste keuze voor de startbehandeling voor de meeste patiënten; de ß-blokkers zijn niet systematisch een eerste keuze, maar wel in bepaalde risicosituaties (b.v. antecedenten van myocardinfarct, hartfalen, angor).
- Dans les directives américaines, les thiazides ou apparentés sont préconisés comme médicaments de premier choix dans le traitement initial de l’hypertension chez la plupart des patients; les ß-bloquants ne sont pas considérés systématiquement comme premier choix, sauf dans certaines situations à risque (par ex. antécédents d’infarctus du myocarde, insuffisance cardiaque, angor).

Voor verschillende klassen antihypertensiva (thiaziden of aanverwanten, ß- blokkers, ACE-inhibitoren, calciumantagonisten) is er goede evidentie uit degelijke studies dat zij de cardiovasculaire en renale morbiditeit en mortaliteit door hypertensie verminderen [in verband met antihypertensiva en nefropathie, zie Folia februari 2003].
Choix de l’antihypertenseur Pour plusieurs classes d’antihypertenseurs (thiazides ou apparentés, ß- bloquants, IECA, antagonistes du calcium), des études rigoureuses ont apporté la preuve d’une diminution de la morbidité et de la mortalité cardio-vasculaires et rénales dues à l’hypertension [concernant les antihypertenseurs et la néphropathie, voir Folia de février 2003].

Hierbij dient wel de opmerking te worden gemaakt dat chloortalidon, het diureticum in de ALLHAT-studie, geen thiazidestructuur heeft, maar dat zijn eigenschappen zeker vergelijkbaar zijn met deze van de thiaziden; de resultaten van de ALLHAT-studie kunnen dus niet zomaar veralgemeend worden naar de diuretica in het algemeen.
A ce sujet, il faut préciser que la chlorthalidone, le diurétique de l’étude ALLHAT, n’est pas de structure thiazidique, bien que ses propriétés soient certainement comparables à celles des thiazides; les résultats de l’étude ALLHAT ne peuvent donc pas être directement extrapolés aux diurétiques en général.

- De specialiteit Hygroton® op basis van chlortalidon (50 mg per comprimé; hoofdstuk 1.4.1.1.), een diureticum verwant met de thiaziden dat o.a. gebruikt wordt bij de behandeling van arteriële hypertensie, is tijdelijk niet beschikbaar in België [zie bericht van 25/08/11 in de rubriek “Goed om te weten”].
- La spécialité Hygroton® à base de chlortalidone (50 mg par comprimé; chapitre 1.4.1.1.), un diurétique apparenté aux thiazides, utilisé entre autres dans le traitement de l’hypertension artérielle, est temporairement indisponible en Belgique [voir communiqué du 25/08/11 dans la rubrique « Bon à savoir »].

Diuretica: Diuretica die hun werkzaamheid hebben bewezen in de behandeling van hypertensie zijn de thiaziden en aanverwanten (indapamide en chloortalidon), alléén of in associatie.
Diurétiques : Les diurétiques prouvés efficaces dans le traitement de l'hypertension sont les thiazidés et apparentés (indapamide et chlortalidone), seuls ou en association.

Bij de medicamenteuze behandeling van hypertensie zonder geassocieerde pathologie vormen laag gedoseerde diuretica (thiaziden en aanverwanten) en bètablokkers de eerste keuze.
Dans l'hypertension artérielle sans pathologie associée, les diurétiques (thiazidés et apparentés) à faible dose, et les bêta-bloquants sont le choix pour un traitement en première intention.