Diuretica : Diuretica kunnen aanleiding geven tot hypokaliëmie, wat op zijn beurt het risico voor een verlenging van de QTc-tijd en Torsade de Pointes doet toenemen. Derhalve dient een eventuele hypokaliëmie te worden behandeld vooraleer Anafranil toe te dienen (zie rubrieken 4.2 en 4.4 ) MAO
-inhibitoren : Geef geen Anafranil gedurende tenminste 2 weken na stopzetting van
een behandeling met MAO-inhibitoren (er is een risico op ernstige symptomen zoals een hypertensieve aanval, hyperpyrexie and deze horend bij het serotoninesyndroom,
...[+++]e.g. myoclonus, aanvallen van agitatie, delirium en coma, die de tekens van het serotoninerg syndroom zijn).
Inhibiteurs de la monoamine oxydase : ne pas administrer l’Anafranil pendant au moins les deux semaines suivant l'arrêt d'un traitement par IMAO (risque de survenue de symptômes sévères tels que poussée hypertensive, hyperpyrexie et symptômes survenant en cas de syndrome sérotoninergique : myoclonies, crises d'agitation, délire et coma).