Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «svr na behandeling van chronische hcv » (Néerlandais → Français) :

SVR na behandeling van chronische HCV met interferon-alfa-2b (gepegyleerd en niet-gepegyleerd, met of zonder Rebetol) resulteerde in langetermijnklaring van het virus met verdwijning van de leverinfectie en klinische 'genezing' van chronische HCV. Nochtans sluit dit het voorkomen van hepatische effecten bij patiënten met cirrose (waaronder levercarcinoom) niet uit.

La RVP après un traitement de l’hépatite chronique C avec l’interféron alfa-2b (pégylé et non pégylé, avec ou sans Rebetol) permet de maintenir une virémie négative à long terme et entraîne la résolution de l’infection hépatique et la « guérison » clinique de l’hépatite chronique C. Cependant, cela n’exclut pas l’évolution de la maladie hépatique (y compris vers un hépatocarcinome) chez les patients porteurs d’une cirrhose.


SVR na behandeling van chronische HCV met niet-gepegyleerd interferon-alfa-2b (met of zonder ribavirine) resulteerde in langetermijnklaring van het virus met verdwijning van de leverinfectie en klinische 'genezing' van chronische HCV. Nochtans sluit dit het voorkomen van hepatische effecten bij patiënten met cirrose (waaronder levercarcinoom) niet uit.

La réponse virologique prolongée après un traitement de l’hépatite chronique C avec l’interféron alfa- 2b non pégylé (avec ou sans ribavirine) permet de maintenir une virémie négative à long terme et entraîne la résolution de l’infection hépatique et la « guérison » clinique de l’hépatite chronique C. Cependant, cela n’exclut pas l’évolution de la maladie hépatique (y compris vers un hépatocarcinome) chez les patients porteurs d’une cirrhose.


SVR na behandeling van chronische HCV met niet-gepegyleerd interferon alfa-2b plus ribavirine resulteert in een langdurige klaring van het virus met resolutie van de leverinfectie en klinische ‘genezing’ van chronische HCV. Dat sluit evenwel het optreden van hepatische complicaties bij patiënten met cirrose niet uit (waaronder hepatocarcinoom).

La RVP après un traitement de l’hépatite C chronique par interféron alpha-2b non pégylé et ribavirine induit une clairance à long terme du virus et permet une résolution de l’infection hépatique et la « guérison » clinique de l’infection chronique à VHC. Cependant, cela n’exclut pas la survenue d’effets hépatiques chez les patients atteints de cirrhose (y compris un carcinome hépatique).


SVR na behandeling van chronische HCV met niet-gepegyleerd interferon-alfa-2b met Rebetol resulteerde in een langetermijnklaring van het virus met verdwijning van de leverinfectie en klinische genezing van chronische HCV. Nochtans sluit dit het voorkomen van hepatische effecten bij patiënten met cirrose (waaronder levercarcinoom) niet uit.

La RVP obtenue après un traitement de l’hépatite chronique C par l’interféron alfa-2b non pégylé et Rebetol permet de maintenir une virémie négative à long terme ce qui conduit à une résolution de l’infection hépatique et une « guérison » clinique de l’hépatite chronique à virus C. Cependant, cela n’exclut pas la possibilité de survenue d’évènements hépatiques chez les patients présentant une cirrhose (y compris un hépatocarcinome).


SVR na behandeling van chronische HCV met niet-gepegyleerd interferon alfa-2b met ribavirine resulteerde in een langetermijnklaring van het virus met verdwijning van de leverinfectie en klinische genezing van chronische HCV. Nochtans sluit dit het voorkomen van hepatische effecten bij patiënten met cirrose (waaronder levercarcinoom) niet uit.

La RVP obtenue après un traitement de l’hépatite chronique C par l’interféron alfa-2b non pegylé et Rebetol permet de maintenir une virémie négative à long terme ce qui conduit à une résolution de l’infection hépatique et une « guérison » clinique de l’hépatite chronique à virus C. Cependant, cela n’exclut pas la possibilité de survenue d’évènements hépatiques chez les patients présentant une cirrhose (y compris un hépatocarcinome).


SVR na behandeling van chronische HCV met PegIntron (met of zonder ribavirine) resulteerde in langetermijnklaring van het virus met verdwijning van de leverinfectie en klinische 'genezing' van chronische HCV. Nochtans sluit dit het voorkomen van hepatische aandoeningen bij patiënten met cirrose (waaronder levercarcinoom) niet uit.

La réponse virologique prolongée après un traitement de l'hépatite C chronique avec PegIntron (avec ou sans ribavirine) permet de maintenir une virémie négative à long terme et entraîne la résolution de l'infection hépatique et la « guérison » clinique de l'hépatite C chronique. Cependant, cela n’exclut pas l’évolution de la maladie hépatique (y compris vers un hépatocarcinome) chez les patients porteurs d’une cirrhose.


De respons op de behandeling werd bepaald aan de hand van de aanhoudende virologische respons (SVR), gedefinieerd als niet-waarneembaar HCV-RNA 24 weken na de behandeling (zie Tabel 8).

La réponse au traitement était évaluée par la Réponse Virologique Prolongée (RVP), définie comme un ARN-VHC indétectable 24 semaines après l’arrêt du traitement (voir Tableau 8).


Trombocytopene patiënten met chronische HCV met lage albuminewaarden (≤ 35 g/l) of ‘Model for End-Stage Liver Disease’ (MELD) score ≥ 10 bij het begin van de behandeling, hadden een hoger risico op leverdecompensatie als ze werden behandeld met eltrombopag/interferon/ribavirin.

Les patients thrombopéniques ayant une infection chronique par le VHC avec un taux d'albumine bas (≤ 35 g/l) ou avec un score « Model for End Stage Liver Disease » (« MELD ») ≥ 10 à l’initiation avaient un risque plus élevé de décompensation hépatique lors d'un traitement par eltrombopag/interféron/ribavirine.


Chronische HCV-patiënten met cirrose kunnen een risico lopen op leverdecompensatie wanneer ze een behandeling met alfa-interferon ondergaan.

Les patients avec une infection chronique par le VHC et atteints de cirrhose peuvent avoir un risque plus élevé de décompensation hépatique lorsqu’ils reçoivent un traitement antiviral par interféron-alfa.


Bij patiënten met een chronische HCV-infectie en cirrose kan tijdens het gebruik van een behandeling met interferon alfa sprake zijn van een verhoogde kans op leverdecompensatie.

Les patients ayant une infection chronique par le VHC et atteints de cirrhose peuvent être à risque de décompensation hépatique lorsqu’ils reçoivent le traitement par interféron alfa.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'svr na behandeling van chronische hcv' ->

Date index: 2024-07-11
w