Zoals geldt voor andere stoffen die werkzaam zijn op het centraal zenuwstelsel dienen patiënten die met Alpratop worden behandeld, te worden gewaarschuwd voor het besturen van motorrijtuigen of het bedienen van gevaarlijke machines, tot het vast staat dat ze geen duizeligheid of sufheid ondervinden.
Comme pour toutes les autres substances qui agissent sur le système nerveux central, les patients qui sont traités par Alpratop, doivent être avertis de l’effet sur l’aptitude à conduire ou à utiliser des machines dangereuses, jusqu’à ce qu’il soit établi qu’ils ne souffrent pas de vertiges ou de somnolence.