Vertaling van "steatorroe " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

steatorroe | vetontlasting in grote hoeveelheid
stéatorrhée | présence excessive de matières grasses dans les selles

pancreas-steatorroe
Stéatorrhée pancréatique

glutenenteropathie | idiopathische steatorroe | niet-tropische spruw
Intolérance au gluten Sprue non tropicale Stéatorrhée idiopathique

spruw NNO | tropische steatorroe
Sprue SAI Stéatorrhée tropicale

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Soms Steatorroe Diarree Ernstige diarree bij patiënten met inflammatoire darmaandoeningen.
Peu fréquentes Stéatorrhée Diarrhée Diarrhée sévère chez des patients souffrant d'une maladie intestinale inflammatoire.

Giardiase / lambliase Diarree, opgezwollen buik, steatorroe, onwelriekende stoelgang, gewichtsverlies, maar meestal asymptomatisch.
Giardiase/lambliase Diarrhée, ballonnement abdominal, stéatorrhée, selles malodorantes, perte de poids, mais le plus souvent asymptomatique.

In de praktijk lijkt dit fenomeen voor de meeste diëten echter vrij zelden voor te komen, gezien de afwezigheid van steatorroe bij verbruikers van sterk verzadigde vetten en divalente kationen.
Dans la pratique, ce phénomène semble cependant assez limité pour la plupart des régimes alimentaires étant donné l’absence de stéatorrhée chez les consommateurs de matières grasses fortement saturées et de cations divalents.

Gastro-intestinaal stelsel Gastro-intestinale effecten zijn anorexia, nausea, braken, abdominale krampen, opgeblazen gevoel, flatulentie, vloeibare stoelgang, diarree en steatorroe.
Système gastro-intestinal Les effets gastro-intestinaux sont les suivants: anorexie, nausées, vomissements, crampes abdominales, ballonnements, flatulence, selles liquides, diarrhée et stéatorrhée.

Verder zijn enkele uiterst zeldzame gevallen gemeld van recurrente hematemesis en van steatorroe.
Quelques cas extrêmement rares d’hématémèse récurrente et de stéatorrhée ont été rapportés.

Bij sommige patiënten is echter een hogere dosis nodig om de steatorroe onder controle te houden en een behoorlijke voedingstoestand te handhaven. De gangbare klinische praktijk geeft aan dat er bij de maaltijden minstens 20.000 tot 50.000 E. lipase toegediend zouden moeten worden.
La dose initiale du CREON 10.000 est de 10.000 à 25.000 U.de lipase par repas principal.

De dosering zal aangepast worden in functie van de evolutiegraad van de ziekte, de respons (steatorroe) en de handhaving van een goede voedingstoestand.
La posologie sera adaptée en fonction du degré d’évolution de la maladie, de la réponse (stéatorrhée) et du maintien d’un bon état nutritionnel.

Dyspepsie, opgezwollen buik, losse stoelgang, verkleurde ontlasting, steatorroe en braken
Dyspepsie, ballonnement abdominal, selles molles, décoloration des fèces, stéatorrhée, et vomissements.