Vertaling van "serotype met penicilline " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

infectie resistent aan penicilline
infection pénicillinorésistante

persoonlijke anamnese met allergie voor penicilline
Antécédents personnels d'allergie à la pénicilline

penicilline
pénicilline

Escherichia coli serotype O1:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O1:immobile

Escherchia coli serotype O45:niet-motiel
Escherchia coli de sérotype O45:immobile

Escherichia coli serotype O5:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O5:immobile

Escherichia coli serotype O9:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O9:immobile

Escherichia coli serotype O7:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O7:immobile

Escherichia coli serotype O6:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O6:immobile

Escherichia coli serotype O80:niet-motiel
Escherichia coli de sérotype O80:immobile

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Eén studie (O'Doherty et al 1996) vond onmiddellijk na de therapie significant méér streptokokken van hetzelfde serotype met penicilline (9%) dan met azithromycine (2%).
Une étude (O'Doherty et al. 1996) a observé, directement après la thérapie, un nombre significativement plus élevé de streptocoques du même sérotype avec la pénicilline (9 %) qu'avec l'azithromycine (2 %).

Eén studie die het percentage streptokokken-positieven (zonder onderscheid naar serotype) vergelijkt tussen penicilline en de combinatie trimethoprim-sulfametoxazol (Trickett 1973), vindt percentages herval van respectievelijk 8% en 25% (ARR voor penicilline t.o.v. de combinatie =17%, geen p-waarde vermeld).
Une seule étude qui compare le pourcentage de GABHS-positifs (sans distinction de sérotype) entre la pénicilline et la combinaison de triméthoprim-sulfamétoxazol (Trickett 1973) trouve des pourcentages de rechute de respectivement 8% et 25% (RAR pour la pénicilline par rapport à la combinaison=17%; pas de valeur p mentionnée).

Een andere studie vond op termijn een hoog percentage streptokokkenpositieven (geen serotype bepaald) voor de associatie trimethoprim-sulfamethoxazol (25%) t.o.v. penicilline (8%) (Trickett et al 1973).
Une autre étude a observé à terme un pourcentage élevé de cas positifs pour les streptocoques (sans spécification de sérotype) pour l'association triméthoprime-sulfaméthoxazole (25 %) par rapport à la pénicilline (8 %) (Trickett et al. ,1973).

In de studie van Aronoff et al (1984) wordt een herval van 20% gevonden met sultamicilline t.o.v. 0% met penicilline, maar er wordt geen p-waarde vermeld. Het betreft hier GABHS-positieve patiënten zonder onderscheid naar serotype.
Dans l'étude d' Aronoff et al (1984), on trouve un taux de rechute de 20% pour la sultamicilline par rapport à 0% pour la pénicilline, mais on ne mentionne pas de valeur p. Ceci concerne les GABHS-positifs sans distinction de sérotype.

In de cefalexine-groep was sprake van een nieuwe symptomatische GABHS-infectie van hetzelfde serotype bij 3% van de patiënten, t.o.v. 8% in de penicilline-groep (p=.01).
Dans le groupe traité à la céphalexine, il a été question d'une nouvelle infection à GABHS symptomatique du même sérotype chez 3 % des patients, contre 8 % dans le groupe pénicilline (p=0,01).

Het percentage bacteriologische falingen (streptokok van hetzelfde serotype bij een opvolging enkele dagen na het einde van de therapie) bedraagt 9% voor penicilline versus 2% voor azithromycine 10mg of 20mg (p=0.011).
Le pourcentage d'échecs bactériologiques (streptocoque du même sérotype lors d'une observation quelques jours après la fin du traitement) s'élève à 9% pour la pénicilline versus 2% pour l'azithromycine 10mg ou 20mg (p=0.011).