Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "risico van symptomatische trombo-embolische " (Nederlands → Frans) :

- Bij de behandeling van acute diepe veneuze trombose werd in een gerandomiseerde gecontroleerde studie geen statistisch significant verschil gezien tussen natriumfondaparinux en enoxaparine voor wat het risico van symptomatische trombo-embolische recidieven en majeure bloeding betreft.

- Dans le traitement de la thrombose veineuse profonde aiguë, une étude randomisée contrôlée n’a pas montré de différence statistiquement significative entre le fondaparinux sodique et l’énoxaparine en ce qui concerne le risque de récidive thrombo-embolique symptomatique et d’hémorragie majeure.


Veneuze en arteriële trombo-embolische voorvallen Bij patiënten met multipel myeloom wordt de combinatie van lenalidomide en dexamethason geassocieerd met een verhoogd risico op veneuze trombo-embolische voorvallen (voornamelijk diepveneuze trombose en longembolie) en arteriële trombo-embolische voorvallen (voornamelijk myocardinfarct en cerebrovasculair accident (zie rubrieken 4.5 en 4.8).

Evénements thrombo-emboliques artériels et veineux Chez les patients atteints de myélome multiple, l’utilisation concomitante du lénalidomide et de la dexaméthasone est associée à un risque accru de thrombo-embolie veineuse (essentiellement thrombose veineuse profonde et embolie pulmonaire) et de thrombo-embolie artérielle


Primaire preventie bij patiënten ouder dan 50 jaar met hoog risico van arteriële trombo-embolische aandoeningen (roken, hypertensie, hypercholesterolemie, familiale antecedenten van myocardinfarct, bepaalde patiënten met voorkamerfibrillatie).

Prévention primaire chez les patients de plus de 50 ans ayant un risque élevé d'affections thromboemboliques artérielles (tabagisme, hypertension, hypercholestérolémie, antécédents familiaux d'infarctus du myocarde, certains patients souffrant de fibrillation auriculaire).


Er wordt algemeen aangenomen dat toediening van acetylsalicylzuur in de primaire preventie kan overwogen worden bij patiënten ouder dan 50 jaar met hoog risico van arteriële trombo-embolische aandoeningen (roken, hypertensie, diabetes, hypercholesterolemie, familiale antecedenten van myocardinfarct, bepaalde patiënten met voorkamerfibrillatie).

Il est généralement admis que l’administration d’acide acétylsalicylique en prévention primaire peut être envisagée chez les patients de plus de 50 ans ayant un risque élevé d’affections thrombo-emboliques artérielles (tabagisme, hypertension, diabète, hypercholestérolémie, antécédents familiaux d’infarctus du myocarde, certains patients souffrant de fibrillation auriculaire).


De oestroprogestagene associaties met een tweedegeneratie-progestageen (levonorgestel, norethisteron) zijn te verkiezen boven deze met een derdegeneratieprogestageen (desogestrel, gestodeen, norgestimaat) gezien met deze laatste het risico van veneuze trombo-embolische aandoeningen en van cerebrovasculaire accidenten tweemaal hoger is.

Les progestatifs dits de 2 ème génération (lévonorgestrel, noréthistérone) sont à préférer aux progestatifs de 3 ème génération (désogestrel, gestodène, norgestimate), ces derniers étant associés à un risque deux fois plus élevé d’accidents thromboemboliques veineux et d’accidents vasculaires cérébraux.


De risk/benefit balans moet in overweging worden genomen bij patiënten die een risico lopen op trombo-embolische voorvallen (TEE, tromboembolic events) van welke oorsprong dan ook.

Le rapport bénéfice/risque doit être évalué chez les patients à risque d'événements thromboemboliques (ETE) quelle qu'en soit l'étiologie.


Bij patiënten met een myelodysplastisch syndroom werd behandeling met lenalidomide als monotherapie ook geassocieerd met een risico op veneuze trombo-embolische voorvallen (voornamelijk diep-veneuze trombose en longembolie), maar in mindere mate dan bij patiënten met multipel myeloom – zie rubrieken 4.5 en 4.8.

Chez les patients présentant un syndrome myélodysplasique, le traitement par le lénalidomide en monothérapie est également associé à un risque de thrombo-embolie veineuse (essentiellement thrombose veineuse profonde et embolie pulmonaire), mais le risque est plus faible que chez les patients atteints d’un myélome multiple (voir rubriques 4.5 et 4.8).


- primaire preventie van veneuze trombo-embolische events: 220 mg p.d. in 1 dosis - trombo-embolische preventie bij voorkamerfibrillatie: 300 mg p.d. in 2 doses; 220 mg p.d. in 2 doses bij patiënten > 80 jaar en bij patiënten met hoog bloedingsrisico en laag trombo-embolisch risico

- prévention primaire des thromboembolies veineuses: 220 mg p.j. en 1 prise - prévention thromboembolique dans la fibrillation auriculaire: 300 mg p.j. en 2 prises; 220 mg p.j. en 2 prises chez les personnes > 80 ans, ou avec un risque hémorragique élevé et un risque thromboembolique faible


Bij een ingreep met een hoog bloedingsrisico werd aanbevolen om bij patiënten met een laag trombo-embolisch risico de vitamine K-antagonisten voort te zetten aan lagere doses (INR tussen 1,5 en 2,0), en bij patiënten met een hoog trombo-embolisch risico (bv. bij aanwezigheid van een mechanische hartklepprothese) de vitamine K-antagonisten tijdelijk te vervangen door heparine..

En cas d’intervention avec un risque élevé d’hémorragie, on y recommande de poursuivre les antagonistes de la vitamine K à moindre dose (INR entre 1,5 et 2,0) chez les patients avec un faible risque thrombo-embolique, et de remplacer temporairement les antagonistes de la vitamine K par de l’héparine chez les patients avec un risque thrombo-embolique élevé (p.ex. en présence d’une prothèse valvulaire mécanique).


- Bij patiënten met een hoog trombo-embolisch risico (d.w.z. leeftijd > 75 jaar, arteriële hypertensie met systolische druk > 160 mmHg, hartfalen, hartkleplijden, linkerventrikeldisfunctie, trombo-embolische antecedenten of type 1-diabetes), zijn de orale anticoagulantia aangewezen (met een INR tussen 2,0 en 3,0), gezien de voordelen in het algemeen opwegen tegen de risico’s.

- Chez les patients avec un risque thromboembolique élevé (c.-à-d. âge > 75 ans, hypertension artérielle avec tension systolique > 160 mmHg, insuffisance cardiaque, valvulopathie, dysfonctionnement ventriculaire gauche, antécédents thrombo-emboliques ou diabète sucré), les anticoagulants oraux sont recommandés (avec un INR entre 2,0 et 3,0), vu que leurs avantages contrebalancent généralement leurs inconvénients.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'risico van symptomatische trombo-embolische' ->

Date index: 2023-04-25
w