Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
.

Traduction de «qt-verlenging bv hypokaliëmie » (Néerlandais → Français) :

Het risico van bradycardie en ritmestoornissen verhoogt bij gelijktijdige behandeling met andere bradycardiserende stoffen (o.a. β-blokkers, verapamil, diltiazem) en bij aanwezigheid van risicofactoren voor QT-verlenging (bv. hypokaliëmie, hypomagnesiëmie, hartlijden, associatie met stoffen die het QT-interval kunnen verlengen: zie Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium 2006, blz. 7).

Le risque de bradycardie et de troubles du rythme augmente en cas de traitement concomitant par d’autres médicaments bradycardisants (p. ex. β-bloquants, vérapamil, diltiazem) et en présence de facteurs de risque d’un allongement de l’intervalle QT (p. ex. hypokaliémie, hypomagnésémie, affections cardiaques, association à des médicaments qui peuvent allonger l’intervalle QT: voir Répertoire Commenté des Médicaments 2006, p.7).


Aangezien QT-verlenging werd waargenomen tijdens het gebruik van HALDOL, is voorzichtigheid geboden bij patiënten met een neiging tot QT-verlenging (QTsyndroom, hypokaliëmie, geneesmiddelen die QT-verlenging veroorzaken), vooral als HALDOL parenteraal wordt toegediend.

Étant donné qu’un allongement QT a été observé pendant l’utilisation d’HALDOL, la prudence est de rigueur chez les patients présentant une tendance à l’allongement QT (syndrome du QT long, hypokaliémie, médicaments qui provoquent un allongement QT), surtout lorsque HALDOL est administré par voie parentérale.


QT-verlenging TOVIAZ dient met voorzichtigheid te worden gebruikt bij patiënten met een risico op QT-verlenging (bijv. hypokaliëmie, bradycardie en gelijktijdige toediening van geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze het QT-interval verlengen) en bij patiënten met relevante, al eerder bestaande hartaandoeningen (bijv. myocardischemie, aritmie, congestief hartfalen), (zie rubriek 4.8).

Allongement de l’intervalle QT TOVIAZ doit être utilisé avec précaution chez les patients présentant un risque d’allongement de l’intervalle QT (ex. hypokaliémie, bradycardie et administration concomitante de médicaments connus pour allonger l’intervalle QT) et des maladies cardiaques pré-existantes importantes (ex. ischémie myocardique, arythmie, insuffisance cardiaque congestive) (voir rubrique 4.8).


Fluoxetine dient voorzichtig gebruikt te worden bij patiënten met aandoeningen als congenitaal lang QT-syndroom, een familiale voorgeschiedenis van QT-verlenging of andere klinische aandoeningen die predisponeren voor aritmieën (bv. hypokaliëmie en hypomagnesiëmie, bradycardie, acuut myocardinfarct of ongecontroleerd hartfalen) of bij verhoogde blootstelling aan fluoxetine (bv. leverfunctiestoornis) Als patiënten met een stabiele hartaandoening worden behandeld, dient voordat de behandeling wordt gestart een beoordeling van het ECG ov ...[+++]

La fluoxétine doit être utilisée avec précaution chez les patients présentant un QT long congénital, des antécédents familiaux d’allongement du QT ou d’autres conditions prédisposant aux arythmies (par exemple, hypokaliémie, hypomagnésémie, bradycardie, infarctus aigu du myocarde ou insuffisance cardiaque noncontrollée) ou une augmentation de l’exposition à la fluoxétine (par exemple insuffisance hépatique).


Verlenging van QT Uit voorzorg moet lithium vermeden worden bij patiënten met congenitale QT-verlenging en men moet aandacht schenken aan patiënten met risico op verlenging van het QT interval (bijvoorbeeld, niet gecorrigeerde hypokaliëmie, bradycardie) en aan patiënten die gelijktijdig behandeld worden met stoffen waarvan bekend is dat ze het QT interval verlengen (zie rubrieken 4.5 en 4.8).

Allongement du QT A titre de précaution, le lithium est à éviter chez les patients atteint du syndrome congénital d’allongement du QT et il faut porter attention aux patients à risque d’allongement de l’intervalle QT (par exemple, hypokaliémie non corrigée, bradycardie), et aux patients traités simultanément par des substances connues pour allonger l’intervalle QT (voir rubriques 4.5 et 4.8).


Geneesmiddelen die het QTc-interval kunnen verlengen, waaronder vardenafil, kunnen het beste worden gemeden bij patiënten met relevante risicofactoren, zoals hypokaliëmie, congenitale QT-verlenging of gelijktijdige toediening van anti-aritmica uit klasse IA (bv. kinidine, procaïnamide) of klasse III (bv. amiodaron, sotalol).

Les médicaments qui peuvent prolonger l’intervalle QTc, dont le vardénafil, sont fortement déconseillés chez des patients présentant des facteurs de risque, par exemple, une hypokaliémie, un allongement congénital de l’intervalle QT, une administration concomitante d’anti-arythmique de Classe Ia (par exemple : quinidine, procainamide) ou de Classe III (par exemple : amiodarone, sotalol).


QT-verlenging Tijdens de post-marketing periode werden gevallen van QT-verlenging en ventriculaire aritmieën waaronder torsades de pointes gerapporteerd, vooral bij vrouwen, in geval van hypokaliëmie of met een voorafbestaande QT-verlenging of andere hartziekte (zie rubrieken 4.3, 4.4, 4.5, 4.9 en 5.1) .

Allongement de l’intervalle QT Des cas d’allongement de l’intervalle QT et d’arythmie ventriculaire incluant des torsades de pointes, ont été rapportés depuis sa commercialisation, en particulier chez les femmes, les patients présentant une hypokaliémie, un allongement de l’intervalle QT pré-existant ou d’autres pathologies cardiaques (voir rubriques 4.3, 4.4, 4.5, 4.9 et 5.1).


Er werd o.a. vermeld dat het systematisch uitvoeren van een EKG bij starten van een geneesmiddel dat het QT-interval kan verlengen, niet altijd realistisch is, maar dat het wel belangrijk is de aanwezigheid van risicofactoren van verlenging van het QT-interval of torsades de pointes te controleren (zoals congenitaal verlengd QT-syndroom, hartlijden, hypokaliëmie, farmacokinetische interacties of inname van meerdere geneesmiddelen die het QTinterval kunnen verlengen) [zie Inl.6.2.2. in het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium en ...[+++]

Il y est mentionné entre autres que la réalisation systématique d’un ECG lors de l’instauration d’un médicament allongeant l’intervalle QT n’est pas toujours réaliste, mais qu’il importe en revanche de vérifier la présence d’autres facteurs de risque d’allongement de l’intervalle QT ou de torsades de pointes (tels que syndrome du QT long congénital, cardiopathie, hypokaliémie, interactions pharmacocinétiques ou prise de plusieurs médicaments allongeant l’intervalle QT [voir Intro.6.2.2. dans le Répertoire Commenté des Médicaments et Folia de novembre 2012]).


De algemene risicofactoren zijn vooral: associatie van andere geneesmiddelen die het QT-interval verlengen, bradycardie, hypokaliëmie, hypomagnesiëmie, voorafbestaande QT-verlenging (congenitaal of verworven), gebruik van diuretica, overdosering, hartlijden en vrouwelijk geslacht [zie ook Gecommentarieerd Geneesiddelenrepertorium 2004, blz. 81 (2.4.1.2.)].

Les principaux facteurs de risque sont: l’association à d’autres médicaments qui allongent l’intervalle QT, la bradycardie, l’hypokaliémie, l’hypomagnésiémie, l’allongement de l’intervalle QT pré-existant (congénital ou acquis), l’utilisation de diurétiques, le surdosage, les affections cardiaques et le sexe féminin [voir aussi Répertoire Commenté des Médicaments 2004, page 81 (2.4.1.2.)].


Domperidon dient bijvoorbeeld niet gebruikt te worden bij patiënten met reeds verlengde hartgeleidingsintervallen (vooral QTc), en de aanwezigheid van risicofactoren van verlenging van het QT-interval of torsades de pointes moet worden nagegaan, bv. elektrolytenstoornissen, hartaandoeningen zoals hartfalen, of gelijktijdige inname van andere geneesmiddelen die het QT-interval verlengen of van CYP3A4-inhibitoren (zie tabel Ib in het Repertorium).

La domperidone ne doit p.ex. pas être utilisée chez des patients présentant une prolongation des intervalles de conduction cardiaque (particulièrement QTc) et la présence de facteurs de risque d’allongement de l’intervalle QT ou de torsades de pointes doit être vérifiée; il s’agit p.ex. de troubles électrolytiques, d’affections cardiaques telles que décompensation cardiaque, ou de la prise concomitante d’autres médicaments qui allongent l’intervalle QT ou d’inhibiteurs du CYP3A4 [voir tableau Ib dans le Répertoire].


w