Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "prejudiciële vraag " (Nederlands → Frans) :

Na te hebben vastgesteld dat de aldus gesuggereerde prejudiciële vraag niet volledig samenvalt met de middelen die werden aangevoerd in de zaak die heeft geleid tot het arrest nr. 86/2005 van 4 mei 2005 1 van het Hof, achtte de verwijzende rechter het aangewezen de bovenvermelde prejudiciële vraag te stellen aan het Hof.

Après avoir constaté que la question préjudicielle ainsi suggérée ne correspond pas totalement aux moyens invoqués dans l'affaire qui a donné lieu à l'arrêt n° 86/2005 de la Cour, du 4 mai 2005 1 , le juge a quo a estimé qu'il était souhaitable de poser à la Cour la question préjudicielle reproduite plus haut.


Wanneer de gesuggereerde prejudiciële vraag betrekking heeft op een onderwerp dat de openbare orde raakt, en de belangen van geen van de partijen geschonden wordt door de herformulering in de laatste memorie van die vraag, is er grond om de vraag, zoals bedoeld in de laatste memorie, aan het Arbitragehof voor te leggen.

Si la question préjudicielle suggérée concerne un sujet qui touche à l’ordre public, et que les intérêts d’aucune des parties ne sont violés par la reformulation de cette question dans le dernier mémoire, il existe un motif pour soumettre à la Cour d’arbitrage la question visée dans le dernier mémoire.


De bewoordingen van de vraag en de motieven van de verwijzingsbeslissing preciseren niet op welke wijze andere artikelen van titel II van de Grondwet dan de artikelen 10 en 11 zouden kunnen worden geschonden door artikel 2277bis van het Burgerlijk Wetboek; de prejudiciële vraag is bijgevolg slechts ontvankelijk in zoverre daarin een schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wordt beoogd.

Les termes de la question et les motifs de la décision de renvoi ne précisent pas de quelle manière d’autres articles du titre II de la Constitution que les articles 10 et 11 pourraient être violés par l’article 2277bis du Code civil; la question préjudicielle n’est donc recevable que dans la mesure où elle vise une violation des articles 10 et 11 de la Constitution.


Volgens de Ministerraad komt de eerste prejudiciële vraag erop neer het Hof te ondervragen over de omvang van het toepassingsgebied van de nietigheidsleer zoals die uit de bewoordingen van artikel 860 van het Gerechtelijk Wetboek voortvloeit, terwijl die vraag alleen de artikelen 700 en 861 van het Gerechtelijk Wetboek beoogt.

D’après le Conseil des ministres, la première question préjudicielle revient à interroger la Cour sur l’étendue du champ d’application de la théorie des nullités telle qu’elle résulte des termes de l’article 860 du Code judiciaire, alors qu’elle ne vise que les articles 700 et 861 du Code judiciaire.


Wat de tweede prejudiciële vraag betreft, betoogt de Ministerraad dat de vraag op een verkeerde lezing van artikel 61, § 7, van de ZIV-wet berust, inzonderheid wat het begrip «vervaldag» betreft.

S’agissant de la deuxième question préjudicielle, le Conseil des ministres soutient que la question repose sur une lecture erronée de l’article 61, § 7, de la loi AMI, en particulier en ce qui concerne la notion d’ «expiration du délai».


Vooraleer voor het overige uitspraak te doen, werd aan het Grondwettelijke Hof een prejudiciële vraag gesteld met betrekking tot de bestaanbaarheid met artikelen 10 en 11 van de Grondwet van de bepalingen artikel 191, 1 ste lid, 15°, 15°quater en 15°quinquies van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, met betrekking tot de heffingen voor de jaren 2002 en 2003, in de mate met betrekking tot de erin geregelde heffing, aanvullende heffing en bijkomende heffing, geen onderscheid werd gemaakt tussen farmaceutische ondernemingen naargelang zij generische geneesm ...[+++]

Vooraleer voor het overige uitspraak te doen, werd aan het Grondwettelijke Hof een prejudiciële vraag gesteld met betrekking tot de bestaanbaarheid met artikelen 10 en 11 van de Grondwet van de bepalingen artikel 191, 1ste lid, 15°, 15°quater en 15°quinquies van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, met betrekking tot de heffingen voor de jaren 2002 en 2003, in de mate met betrekking tot de erin geregelde heffing, aanvullende heffing en bijkomende heffing, geen onderscheid werd gemaakt tussen farmaceutische ondernemingen naargelang zij generische geneesmi ...[+++]


(°) van toepassing vanaf 15-5-2007 (K.B. 11-5-07 – B.S. 1-6 – art. 1) (°°) Arrest Grondwettelijk Hof nr. 66/2012 van 24-5-2012; rolnummer 5123 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals dat artikel werd gewijzigd bij artikel 47 van de wet van 19 december 2008 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Brussel. zegt voor recht : Artikel 174, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoö ...[+++]

(°) d'application à partir du 1-1-2008 (°°) d’application à partir du 15-5-2007 (A.R. 11-5-07 – M.B. 1-6 – art. 1) (°°°) [Arrêt de la Cour constitutionnelle n° 66/2012 du 24-5-2012 ; numéro du rôle : 5123 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 174, alinéa 3, de la loi relative à l'assurance obligatoire soins de santé et indemnités, coordonnée le 14 juillet 1994, tel que cet article a été modifié par l'article 47 de la loi du 19 décembre 2008 portant des dispositions diverses en matière de santé, posée par le Tribunal du travail de Bruxelles. dit pour droit : L'article 174, alinéa 3, de la loi relative à l'assurance ob ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'prejudiciële vraag' ->

Date index: 2022-05-26
w