Hypotensie en posturale hypotensie kunnen optreden bij de start van de behandeling of bij het verhogen van de dosering, vooral bij risicopatiënten (zie rubriek 4.4).
Une hypotension et une hypotension orthostatique peuvent survenir au début du traitement ou lors de l'augmentation de la posologie, particulièrement chez les patients à risque (voir rubrique 4.4).