Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «patiënten die respectievelijk ibandronaat » (Néerlandais → Français) :

Twee jaar na aanvang bleek 93,5 % (p=0,004) en 86,4 % van de patiënten die respectievelijk ibandronaat 150 mg eens per maand of ibandroninezuur 2,5 mg dagelijks ontvingen, responder te zijn.

A deux ans, 93,5 % des patientes ont été définies comme répondeurs sous ibandronate 150 mg une fois par mois versus 86,4 % sous acide ibandronique 2,5 mg une fois par jour (p=0,004).


Indien een stringenter criterium wordt gehanteerd, waarbij lumbale wervelkolom en totale heup BMD gecombineerd worden, bleek een jaar na aanvang 83,9 % (p< 0,001) en 65,7 % van de patiënten die respectievelijk ibandronaat 150 mg eens per maand of ibandroninezuur 2,5 mg dagelijks ontvingen, responder te zijn.

En utilisant un critère plus strict, combinant la DMO lombaire et la DMO hanche totale, 83,9 % et 65,7 % des patientes respectivement sous ibandronate 150 mg une fois par mois et sous acide ibandronique 2,5 mg une fois par jour ont été définies comme répondeurs à un an (p< 0,001).


Voor totale heup BMD, had een jaar na aanvang 90,0 % (p< 0,001) van de patiënten die ibandronaat 150 mg eens per maand ontvingen en 76,7 % van de patiënten die ibandroninezuur 2,5 mg dagelijks ontvingen een totale heup BMD toename boven of gelijk aan de uitgangswaarde.

A un an, la DMO de la hanche totale a été supérieure ou égale à sa valeur à l'inclusion chez 90,0 % des patientes sous ibandronate 150 mg une fois par mois versus 76,7 % des patientes sous acide ibandronique 2,5 mg une fois par jour (p< 0,001).


Eén jaar na aanvang (primaire analyse) bleek 91,3 % (p=0,005) van de patiënten die ibandronaat 150 mg eens per maand ontvingen, een lumbale wervelkolom BMD toename te hebben boven of gelijk aan de uitgangswaarde (BMD responders), vergeleken met 84,0 % van de patiënten die ibandroninezuur 2,5 mg dagelijks ontvingen.

A un an (analyse principale), la DMO lombaire a été supérieure ou égale à sa valeur à l'inclusion (définition des patients répondeurs) chez 91,3 % des patientes sous ibandronate 150 mg une fois par mois versus 84 % des patientes sous acide ibandronique 2,5 mg une fois par jour (p=0,005).


Twee jaar na aanvang had 93,4 % (p< 0,001) van de patiënten die ibandronaat 150 mg eens per maand ontvingen en 78,4 % van de patiënten die ibandroninezuur 2,5 mg dagelijks ontvingen een totale heup BMD toename boven of gelijk aan de uitgangswaarde.

A deux ans, 93,4 % des patientes ont été définies comme répondeurs sous ibandronate 150 mg une fois par mois versus 78,4 % sous acide ibandronique 2,5 mg une fois par jour (p< 0,001).


Aan het einde van de onderhoudsbehandeling werd een verbetering van ten minste 30% waargenomen bij 57% en 55% van de patiënten die rotigotine 8 mg/24 h respectievelijk 12 mg/24 h kregen en bij 34% van de patiënten die een placebo kregen (verschillen 22% respectievelijk 21%, CI 95% 10%; 35% respectievelijk 8%; 33%, p< 0.001 voor beide rotigotinegroepen).

A la fin du traitement d’entretien, on a constaté une amélioration d’au moins 30% chez 57% et 55% des sujets traités à la rotigotine aux doses respectives de 8 mg/24 h et 12 mg/24 h et chez 34% des sujets recevant un placebo (différence : 22% et 21% respectivement, IC 95% 10%-35% et 8%-33% respectivement, p< 0,001 pour les deux groupes rotigotine).


Ouderen Farmacokinetische gegevens over nuchtere bejaarde patiënten met ET (in de leeftijd van 65 - 75 jaar) in vergelijking met nuchtere volwassen patiënten (in de leeftijd van 22 - 50 jaar) geven aan dat de C max en AUC van anagrelide respectievelijk 36% en 61% hoger waren bij bejaarde patiënten, maar dat de C max en AUC van de werkzame metaboliet, 3-hydroxyanagrelide, respectievelijk 42% en 37% lager waren bij de bejaarde patiënten.

Personnes âgées Les données pharmacocinétiques de patients âgés à jeun (âgés de 65 à 75 ans) atteints de thrombocytémie essentielle comparées aux paramètres pharmacocinétiques à jeun de patients adultes (âgés de 22 à 50 ans) indiquent que la C max et l’ASC de l’anagrélide sont plus élevées de respectivement 36 % et 61 % chez les sujets âgés, mais que la C max et l’ASC du métabolite actif, le 3-hydroxy anagrélide, sont moins élevées de respectivement 42 % et 37 %.


Het tweede onderzoek (Hx-CD20-402) was een dose-finding onderzoek waarin patiënten in drie cohorten (3 patiënten, 3 patiënten, 27 patiënten) een startdosering kregen van respectievelijk 100 mg, 300 mg of 500 mg, een week later gevolgd door 3 opeenvolgende wekelijkse infusies van respectievelijk 500 mg, 1.000 mg of 2.000 mg ofatumumab.

La seconde étude (Hx-CD20-402), de détermination de dose, portait sur 3 cohortes de patients (une cohorte de 3 patients, une autre cohorte de 3 patients et une cohorte de 27 patients) ayant reçu, respectivement, une dose initiale de 100 mg, 300 mg ou 500 mg, suivie une semaine plus tard, respectivement, d’une perfusion de 500 mg, 1 000 mg ou 2 000 mg par semaine pendant 3 semaines consécutives.


patiënten stopte met de gerandomiseerde behandeling na 48 weken), kan geen definitieve conclusie getrokken worden over de equivalentie van de behandelregimes na 48 weken. Hoewel een gelijkwaardig antiviraal effect werd gezien tussen abacavir en indinavir bevattende regimes in termen van deel van patiënten met niet-detecteerbare viral load (≤400 kopieën/ml; intention-to-treat analyse (ITT), 47% versus 49%; as-treated analyse (AT), 86% versus 94% voor respectievelijk abacavir en indinav ...[+++]

l’abacavir et celui contenant l’indinavir en terme de pourcentage de patients ayant une charge virale indétectable (≤ 400 copies/ml ; analyse en intention de traiter (ITT) : 47 % vs 49 % ; analyse type « per protocol » : 86 % vs 94 %, pour les associations contenant respectivement de l’abacavir et de l’indinavir), les résultats ont été en faveur de l’association contenant de l’indinavir, particulièrement dans le groupe de patients ayant une charge virale initiale élevée (> 100 000 copies/ml ; ITT : 46% vs 55% ; analyse type « per ...[+++]


Als canagliflozine werd toegevoegd aan behandeling met insuline, werd hypoglykemie waargenomen bij respectievelijk 49,3%, 48,2% en 36,8% van de patiënten behandeld met canagliflozine 100 mg, canagliflozine 300 mg en placebo, en kwam ernstige hypoglykemie voor bij 1,8%, 2,7% en 2,5% van de patiënten behandeld met respectievelijk canagliflozine 100 mg, canagliflozine 300 mg en placebo.

Lorsque la canagliflozine a été ajoutée à une insulinothérapie, on a observé une hypoglycémie chez respectivement 49,3 %, 48,2 % et 36,8 % des patients traités par canagliflozine 100 mg, canagliflozine 300 mg et placebo et une hypoglycémie sévère s'est produite chez respectivement 1,8 %, 2,7 % et 2,5 % des patients traités par canagliflozine 100 mg, canagliflozine 300 mg et placebo.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'patiënten die respectievelijk ibandronaat' ->

Date index: 2024-10-25
w