Oftalmologische aandoeningen die zelden werden gerapporteerd bij patiënten behandeld met alfainterferonen zijn retinopathieën (inclusief maculair oedeem), retinale bloedingen, occlusie van de retinale arterie of ader, exsudaten in de retina, verlies van gezichtsscherpte of gezichtsveld, neuritis optica en papiloedeem (zie rubriek 4.4).
Les troubles ophtalmologiques rarement rapportés avec les interférons alpha comprennent rétinopathies (incluant oedème maculaire), hémorragie rétinienne, occlusion de l'artère ou de la veine rétinienne, exsudats rétiniens, perte d'acuité visuelle ou de champ visuel, névrite optique, et œdème papillaire (voir rubrique 4.4).