Traduction de «nucleoside-analoog die actief » (Néerlandais → Français) :

Lamivudine is een nucleoside-analoog die actief is tegen het humaan immunodeficiëntie virus (hiv) en het hepatitis-B-virus (HBV).
La lamivudine est un analogue nucléosidique actif sur le Virus de l'Immunodéficience Humaine (VIH) et sur le Virus de l'Hépatite B (VHB).

Abacavir behoort tot een groep van antiretrovirale geneesmiddelen die nucleoside analoog reversetranscriptase remmers (nucleoside analogue reverse transcriptase inhibitors - NRTI’s) worden genoemd.
L’abacavir appartient à une classe de médicaments antirétroviraux appelés analogues nucléosidiques inhibiteurs de la transcriptase inverse (INTI).

Deze behoren tot een groep van antiretrovirale geneesmiddelen die nucleoside analoog reversetranscriptase remmers (nucleoside analogue reverse transcriptase inhibitors - NRTI’s) worden genoemd.
Ces deux substances actives appartiennent à une classe de médicaments antirétroviraux appelés analogues nucléosidiques inhibiteurs de la transcriptase inverse (INTI).

Kruisresistentie tussen didanosine en nucleoside reverse transcriptaseremmers is gezien bij isolaten, die multi-resistente mutaties zoals Q151M en T69S-XX (een aminozuursubstitutie met een 2-aminozuur tussenvoeging) en meervoudige, met nucleoside-analoog geassocieerde, mutaties (NAMs) bevatten.
Une résistance croisée entre la didanosine et les inhibiteurs nucléosidiques de la transcriptase inverse est observée dans les isolats comportant des mutations multi-résistantes telles que le Q151M et T69SXX (une substitution de l'aminoacide accompagnée d'une insertion du 2-aminoacide) et les mutations multiples associées aux analogues nucléosidiques (TAMS).

Lamivudine en zidovudine zijn nucleoside-analogen die actief zijn tegen het HIV. Bovendien is lamivudine actief tegen het hepatitis-B-virus (HBV).
La lamivudine et la zidovudine sont des analogues nucléosidiques actifs sur le VIH. La lamivudine est également active sur le Virus de l’Hépatite B (VHB).

Aciclovir wordt na het binnendringen in een door herpes geïnfecteerde cel omgezet in aciclovir monofosfaat (nucleoside-analoog) door HSV, VZV, EBV gecodeerde thymidinekinase en nadien omgezet in aciclovir dien trifosfaat door cellulaire enzymes.
Après avoir pénétré dans une cellule infectée par un virus de l'herpès, l'aciclovir est transformé en monophosphate d'aciclovir actif (analogue de nucléoside) par une thymidine kinase codée par le HSV, le VZV et l'EBV. Il est ensuite transformé en di- et triphosphate d'aciclovir par des enzymes cellulaires.

Aciclovir wordt na het binnendringen in een door herpes geïnfecteerde cel omgezet in aciclovirmonofosfaat (nucleoside-analoog) door HSV, VZV, EBV gecodeerde thymidinekinase en nadien omgezet in aciclovir di- en trifosfaat door cellulaire enzymes.
Après pénétration dans une cellule infectée par un virus herpétique, l’aciclovir est transformé en monophosphate d’aciclovir (analogue nucléosidique) par la thymidine-kinase codée par HSV, VZV et EBV, puis transformé en di- et triphosphate d’aciclovir par des enzymes cellulaires.

Van de 27 opsporingseenheden die actief waren in 2010 werken er 22 digitaal (11 DR 1 , 11 CR 2 ) en 5 analoog.
Sur les 27 Unités de dépistage actives en 2010, 22 fonctionnent en numérique (11 DR 1 , 11 CR 2 ) et 5 fonctionnent en analogique.

Van de 27 opsporingseenheden die actief waren in 2011 werken er 24 digitaal (13 DR 1 , 11 CR 2 ) en 3 analoog.
Sur les 27 Unités de dépistage actives en 2011, 24 fonctionnent en numérique (13 DR 1 , 11 CR 2 ), 3 fonctionnent en analogique.