Traduction de «nefrotoxiciteit waren » (Néerlandais → Français) :

De verschijnselen van nefrotoxiciteit waren bij sommige patiënten gedeeltelijk reversibel.
Les signes de néphrotoxicité ont été partiellement réversibles chez certains patients.

Deze bevindingen waren gonadotoxiciteit (testiculair celverlies) en nefrotoxiciteit (uremie, celdegeneratie) die irreversibel waren, myelotoxiciteit (anemie, neutropenie, lymfocytopenie) en gastro-intestinale toxiciteit (celnecrose in de mucosa) die reversibel was.
Ces observations étaient une gonadotoxicité (perte de cellules testiculaires) et une néphrotoxicité (urémie, dégénérescence cellulaire) qui étaient irréversibles, une myélotoxicité (anémie, neutropénie, lymphopénie) et une toxicité gastro-intestinale (nécrose cellulaire muqueuse) qui étaient réversibles.

De meest frequent gemelde bijwerkingen (> 10%) van cisplatine waren hematologisch (leukopenie, trombocytopenie en anemie), gastrointestinaal (anorexie, nausea, overgeven en diarree), ooraandoeningen (gehoorbeschadiging), nierstoornissen (nierfalen, nefrotoxiciteit, hyperuricemie) en koorts.
Les effets indésirables les plus fréquents rapportés (> 10%) du cisplatine étaient hématologiques (leucopénie, thrombopénie et anémie), gastro-intestinales (anorexie, nausées, vomissements et diarrhée), affections de l’oreille (perte auditive), affections du rein (insuffisance rénale, néphrotoxicité, hyperuricémie) et fièvre.

De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen (> 10%) van cisplatine waren hematologische stoornissen (leukopenie, thrombocytopenie en anemie), gastro-intestinale stoornissen (anorexie, misselijkheid, braken en diarree), hypacusis (gehoorstoornissen), nierstoornissen (nierinsufficiëntie, nefrotoxiciteit, hyperuricemie) en koorts.
Les effets indésirables les plus fréquemment rapportés (> 10 %) avec le cisplatine étaient des effets hématologiques (leucopénie, thrombocytopénie et anémie), gastro-intestinaux (anorexie, nausées, vomissements et diarrhée), auditifs (altération de l’audition), rénaux (insuffisance rénale, néphrotoxicité, hyperuricémie) et une fièvre.

Er waren geen duidelijke histopathologische veranderingen, en in het bijzonder geen nefrotoxiciteit als gevolg van de behandeling.
Il n’y a pas eu de changement histopathologique évident, et en particulier pas de néphrotoxicité liée au traitement.