Na 12 maanden behandeling met Nasonex waren er geen aanwijzingen voor atrofie van de neusmucosa; bovendien leek mometasonfuroaat de neusmucosa eerder te herstellen tot een normaal histologisch fenotype.
Après 12 mois de traitement par Nasonex, aucun signe d'atrophie de la muqueuse nasale n’a été mis en évidence; en outre, le furoate de mométasone a tendance à ramener la muqueuse nasale à un état plus proche du phénotype histologique normal.