Vertaling van "minstens 80 jaar " (Nederlands → Frans) :

Deze dubbelblinde studie onderzocht het effect van apixaban aan een dosis van 2 x 5 mg (2 x 2,5 mg bij minstens 2 van volgende criteria: minstens 80 jaar, gewicht ≤60 kg, creatinine ≥ 1,5
Elle évalue l’intérêt de l’administration de 2 x 5 mg d’apixaban (2 x 2,5mg si au moins 2 des critères: au moins 80 ans, poids ≤60 kg, créatinine ≥ 1,5 mg/dl) versus warfarine (INR cible 2-3) en double insu, double placebo (avec INR réels ou factices et adaptations de doses pour la warfarine). Pour le critère de jugement primaire d’efficacité, survenue d’un AVC

Deze dubbelblinde studie onderzocht het effect van apixaban aan een dosis van 2 x 5 mg (2 x 2,5 mg bij minstens 2 van volgende criteria: minstens 80 jaar, gewicht ≤60 kg, creatinine ≥ 1,5 mg/dl) versus 81- 324 mg aspirine per dag in een dubbel placebo-opzet.
L’étude évalue l’intérêt de l’administration de 2 x 5 mg d’apixaban (2 x 2,5mg si au moins 2 des critères: au moins 80 ans, poids ≤60 kg, créatinine ≥ 1,5 mg/dl) versus 81 à 324 mg d’aspirine par jour en double insu, double placebo.

Zo bijvoorbeeld werd de combinatie ACE-inhibitor/sartaan + NSAID minstens eenmaal voorgeschreven bij 25% (65-79 jaar) resp. 22% (> 80 jaar) van de populatie; de combinatie ACE-inhibitor/sartaan + spironolacton bij 5,8% (65-79 jaar) resp. 9,9% (> 80 jaar).
Ainsi, par exemple, l’association " IECA/sartan + AINS " a été prescrite au moins une fois chez respectivement 25% (65-79 ans) et 22% (> 80 ans) de la population, tandis que l’association " IECA/ sartan + spironolactone " l’était chez respectivement 5,8% (65-79 ans) et 9,9% (> 80 ans).

De studie werd uitgevoerd bij vrouwen van 55 tot 80 jaar die minstens 5 jaar postmenopauzaal waren, die een BMD van de lumbale wervels hadden die 2 tot 5 SD lager was dan het premenopauzale gemiddelde (T-score) in minstens één wervel [L1-L4], en die één tot vier prevalente wervelfracturen hadden.
L’étude a inclus des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (T-score) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d’une à quatre fractures vertébrales.

De studie werd uitgevoerd bij vrouwen van 55 tot 80 jaar die minstens 5 jaar postmenopauzaal waren, die een BMD van de lumbale wervels hadden die 2 tot 5 SD lager was dan het premenopauzale gemiddelde (T-score) in minstens één wervel [L1-L4], en die één tot vier gangbare wervelfracturen hadden.
L’étude a inclus des femmes âgées de 55 à 80 ans, ménopausées depuis au moins 5 ans, qui avaient une DMO au rachis lombaire de 2 à 5 écarts-types au-dessous de la valeur moyenne d’une population non ménopausée (T-score) au niveau d’au moins une vertèbre [L1-L4] et qui avaient un antécédent d’une à quatre fractures vertébrales.

De studie werd uitgevoerd bij vrouwen van 55 tot 80 jaar die minstens 5 jaar postmenopauzaal waren, die een BMD van de lumbale wervels hadden die -2 tot -5 SD lager was dan het premenopauzale gemiddelde (T-score) in minstens één wervel [L1-L4], en die één tot vier gangbare wervelfracturen hadden.
L'étude admettait des femmes âgées de 55 à 80 ans qui étaient ménopausées depuis au moins 5 ans, présentaient une DMO de la colonne lombaire située entre 2 et 5 écarts-types au-dessous de la moyenne préménopausique (Tscore) au niveau d'au moins une vertèbre [de L1 à L4] et comptaient une à quatre fractures vertébrales.

De studies werden uitgevoerd bij vrouwen van 70-79 jaar met een T-score van de BMD van de femurhals < -3 SD (spreiding van de fabrikant, d.w.z. -2,5 SD volgens NHANES III) en nog minstens één andere risicofactor en bij vrouwen > 80 jaar met minstens één niet met het skelet samenhangende risicofactor van heupfractuur of een lage botdichtheid van de femurhals.
Les femmes de 70 à 79 ans étaient recrutées si elles présentaient un score T de DMO au niveau du col du fémur < -3 ET (plage du fabricant, soit -2,5 ET en utilisant l’étude NHANES III) et au moins un facteur de risque supplémentaire. Les femmes de plus de 80 ans pouvaient être recrutées sur la base d’au moins un facteur de risque non squelettique de fracture de la hanche ou de faible densité minérale osseuse au niveau du col du fémur.

Kinderen en adolescenten (10–17 jaar) De veiligheid en de doeltreffendheid werden onderzocht bij 10 tot 17 jaar oude jongens en bij meisjes die minstens één jaar voordien hun eerste menstruatie hadden (zie “Hoe gebruikt u Simvastatin Sandoz 80 mg filmomhulde tabletten?”).
Enfants et adolescents (âgés de 10 à 17 ans) La sécurité et l'efficacité ont été étudiées chez des garçons âgés de 10 à 17 ans et chez des filles qui avaient commencé à avoir leurs règles au moins un an auparavant (voir « Comment prendre Simvastatin Sandoz 80 mg comprimés pelliculés ? »).

Botmineraaldichtheid (BMD) Eens per 3 maanden per intraveneuze injectie toegediend ibandroninezuur 3 mg bleek minstens zo effectief als oraal eenmaal daags ingenomen ibandroninezuur 2,5 mg, tijdens een 2 jaar durende, gerandomiseerde, dubbelblinde, multicenter, non-inferioriteitsstudie (BM16550) bij postmenopauzale vrouwen (1386 vrouwen tussen de 55 en 80 jaar) met osteoporose (lumbale wervelkolom BMD T-score lager dan -2,5 SD bij aanvang).
Densité minérale osseuse (DMO) Au cours d’une étude de non infériorité multicentrique, en double insu, randomisée, effectuée sur deux ans chez des femmes post-ménopausées (1386 femmes âgées de 55 à 80 ans) atteintes d’ostéoporose (T-score de la DMO lombaire < - 2,5 DS à l'inclusion) (BM 16550), l’acide ibandronique IV 3 mg tous les 3 mois s’est montré au moins aussi efficace que l’acide ibandronique oral 2,5 mg une fois par jour.

Ibandroninezuur 3 mg intraveneuze injectie toegediend om de 3 maanden was minstens even doeltreffend als ibandroninezuur per os 2,5 mg per dag in een gerandomiseerde, dubbelblinde, multicentrische non-inferioriteitsstudie van 2 jaar (BM16550) bij postmenopauzale vrouwen (1.386 vrouwen van 55 - 80 jaar) met osteoporose (T-score van de BMD van de lumbale wervelkolom lager dan - 2,5 SD bij de start van de studie).
L'injection intraveineuse d'acide ibandronique, 3 mg tous les 3 mois, s'est révélée au moins aussi efficace que l'administration orale d'acide ibandronique, 2,5 mg par jour, dans une étude de non-infériorité de 2 ans, multicentrique, en double aveugle et randomisée (BM16550), menée sur des femmes ménopausées (1386 personnes âgées de 55 à 80 ans) souffrant d'ostéoporose (T-score de la DMO de départ de la colonne lombaire inférieur à -2,5).