Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «jaar behandeling bleek » (Néerlandais → Français) :

Na 3 jaar behandeling bleek denosumab werkzamer dan placebo voor de preventie van wervelfracturen (1,5 vs 3,9%); er was echter geen significant verschil voor de totale fractuurincidentie .

Après 3 ans de traitement, le dénosumab s’avérait plus efficace qu’un placebo dans la prévention des fractures vertébrales (1,5 contre 3,9%); on n’a cependant pas constaté de différence significative en ce qui concerne l’incidence totale des fractures .


Uit drie jaar gegevens bleek een daling in de incidentie van jichtaanvallen waarbij minder dan 4% van de patiënten behandeling voor een jichtaanval nodig had (dat wil zeggen dat meer dan 96% geen behandeling voor de jichtaanval nodig had) in maand 16-24 en maand 30-36.

Les données recueillies pendant 3 ans ont montré une diminution de l’incidence des crises de goutte, un traitement pour une crise de goutte s’étant avéré nécessaire chez moins de 4% des patients (plus de 96% des patients n’ont pas été traités pour une crise de goutte) entre les 16 ème et 24 ème mois et entre les 30 ème et 36 ème mois.


Cardiovasculair risico Uit een meta-analyse van onafhankelijk en prospectief beoordeelde cardiovasculaire gebeurtenissen uit 25 fase III klinische studies die langer dan 2 jaar duurden, bleek dat behandeling met vildagliptine niet werd geassocieerd met een verhoogd cardiovasculair risico in vergelijking met comparators.

Risque cardiovasculaire Une méta-analyse des évènements cardiovasculaires adjudiqués de façon indépendante et prospective à partir de 25 études cliniques de phase III d’une durée allant jusqu’à plus de 2 ans, a été réalisée et a montré que le traitement par vildagliptine n’était pas associé à une augmentation du risque cardiovasculaire par rapport aux comparateurs.


In fase IIIonderzoeken, waaruit de anti-fractuur werking van de PROTELOS behandeling bleek, nam de gemeten gemiddelde BMD van baseline met PROTELOS toe met circa 4% per jaar aan de lumbale wervelkolom en 2% per jaar aan de femurhals, en bereikte daarbij respectievelijk na 3 jaar 13% tot 15% en 5% tot 6%, afhankelijk van het onderzoek.

Dans les études de phase III qui ont démontré l’efficacité anti-fracturaire du traitement par PROTELOS, la mesure moyenne de la DMO a augmenté d’environ 4% par an au rachis lombaire et de 2% par an au col fémoral par rapport à la valeur initiale, atteignant respectivement, en fonction de l’étude, 13 à 15% et 5 à 6% après 3 ans de traitement.


Na een mediane behandelingsduur van ongeveer 30 maanden en een mediane followup van ongeveer 52 maanden, bleek de sequentiële behandeling met Aromasin na 2 tot 3 jaar adjuvante behandeling met tamoxifen geassocieerd te zijn met een klinisch en statistisch significante verbetering van de ziektevrije overleving (DFS) in vergelijking met een voortgezette behandeling met tamoxifen.

Après une durée médiane de traitement d’environ 30 mois et un suivi médian d’environ 52 mois, le traitement séquentiel avec Aromasin, après 2 à 3 ans de traitement adjuvant par tamoxifène, a été associé à une amélioration cliniquement et statistiquement significative de la survie sans maladie (DFS) par rapport à la poursuite du traitement par tamoxifène.


Bij postmenopauzale vrouwen met verhoogd fractuurrisico bleek behandeling met lasoxifen gedurende 5 jaar of met bazedoxifen gedurende 3 jaar te leiden tot een lagere incidentie van radiologisch vastgestelde wervelfracturen, vergeleken met placebo; het aantal symptomatische wervelfracturen verschilde echter niet significant.

Chez des femmes ménopausées à risque accru de fractures, le traitement par le lasoxifène pendant 5 ans ou par le bazédoxifène pendant 3 ans avait entraîné une incidence plus faible de fractures vertébrales radiologiques, par rapport au placebo; le nombre de fractures vertébrales symptomatiques n’était cependant pas significativement différent.


In een studie waaraan 7.705 postmenopauzale vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 66 jaar met osteoporose of osteoporose met een bestaande fractuur deelnamen, bleek na 3 jaar dat behandeling met Evista de incidentie van wervelfracturen met respectievelijk 47 % (RR 0,53, CI 0,35, 0,79; p < 0,001) en 31 % (RR 0,69, CI 0,56, 0,86; p < 0,001) was gereduceerd.

Dans une étude conduite chez 7705 femmes ménopausées âgées en moyenne de 66 ans et ayant une ostéoporose ou une ostéoporose avec un antécédent de fracture, l’administration d’Evista pendant 3 ans a réduit respectivement l’incidence des fractures vertébrales de 47 % (Risque Relatif (RR) = 0,53, Intervalle de Confiance (IC) : 0,35-0,79 ; p < 0,001) et de 31 % (RR=0,69, IC : 0,56–0,86; p < 0,001).


Bij vrouwen met bevestigde hormoonreceptor-positieve status bleek 10 jaar behandeling beter dan 5 jaar wat betreft herval van borstkanker, overlijden t.g.v. borstkanker en totale mortaliteit.

Chez les femmes qui avaient un statut hormono-dépendant avéré, le traitement de 10 ans s’est révélé supérieur au traitement de 5 ans en termes de récidives de cancer du sein, de décès dû au cancer du sein et de mortalité totale.


In een studie waaraan 7.705 postmenopauzale vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 66 jaar met osteoporose of osteoporose met een bestaande fractuur deelnamen, bleek na 3 jaar dat behandeling met raloxifeen de incidentie van wervelfracturen met respectievelijk 47 % (RR 0,53, CI 0,35, 0,79; p < 0,001) en 31 % (RR 0,69, CI 0,56, 0,86; p < 0,001) was gereduceerd.

Dans une étude conduite chez 7705 femmes ménopausées âgées en moyenne de 66 ans et ayant une ostéoporose ou une ostéoporose avec un antécédent de fracture, l’administration de raloxifène pendant 3 ans a réduit respectivement l’incidence des fractures vertébrales de 47 % (RR 0,53, IC 0,35, 0,79 ; p < 0,001) et de 31 % (RR 0,69, IC 0,56, 0,86; p < 0,001).


Na een mediane therapieduur van ongeveer 30 maanden en een mediane follow-up periode van ongeveer 52 maanden, bleek uit de resultaten dat sequentiële behandeling met exemestaan na 2 tot 3 jaar adjuvante behandeling met tamoxifen geassocieerd werd met een klinisch en statistisch significante verbetering van de ziektevrije overleving (DFS) ten opzichte van voortzetting van de tamoxifentherapie.

Après une durée médiane de traitement d’environ 30 mois et une période médiane de suivi d’environ 52 mois, les résultats ont montré que le traitement consécutif par l’exémestane après 2 à 3 ans de traitement adjuvant par le tamoxifène était associé à une amélioration cliniquement et statistiquement significative de la survie sans maladie (DFS) par comparaison à la poursuite du traitement par le tamoxifène.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'jaar behandeling bleek' ->

Date index: 2025-11-04
w