Traduction de «hyperglykemie » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

hyperglykemie | verhoogd suikergehalte in het bloed
hyperglycémie | taux anormalement élevé de glucose dans le sang

hyperglykemie
Hyperglycémie

hyperglykemie na pancreatectomie | hypo-insulinemie na operatie
Hyperglycémie après:chirurgie | pancréatectomie

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Hyperglykemie Klinische gegevens suggereren dat pasireotide een groter potentieel heeft om hyperglykemie te veroorzaken in vergelijking met octreotide.
Hyperglycémie Les données cliniques montrent que le pasiréotide a un potentiel d’induction d’hyperglycémies plus important que l’octréotide.

Als hyperglykemie optreedt bij een patiënt die met Signifor wordt behandeld, wordt het opstarten of een aanpassing van antidiabetische behandeling aanbevolen, volgens de gevestigde behandelingsrichtlijnen voor de behandeling van hyperglykemie.
En cas de développement d’une hyperglycémie chez un patient traité par Signifor, il est recommandé d’instaurer ou d’adapter le traitement antidiabétique, en suivant les recommandations thérapeutiques établies pour la prise en charge de l'hyperglycémie.

De waarneming van gevallen met ketoacidose is al in rubriek 4.8 van de SPC genoemd. Aangezien de huidige formulering in rubriek 4.4 in dit opzicht wordt beschouwd als onnauwkeurig, is de voorgestelde wijziging om ketoacidose toe te voegen als een voorbeeld van een mogelijke complicatie geassocieerd met hyperglykemie voor de PRAC aanvaardbaar. Aangezien informatie over hyperglykemie in de bijsluiter niet zo gedetailleerd wordt gegeven, zijn er geen wijzigingen in de bijsluiter nodig.
Il est déjà signalé dans la rubrique 4.8 du RCP que des cas d’acidocétose ont été observés. Le libellé actuel de la rubrique 4.4 étant estimé imprécis sur ce point, le PRAC juge acceptable la proposition d’ajouter l’acidocétose comme exemple de complication possible associée à une hyperglycémie. Comme l’information relative à l’hyperglycémie n’est pas donnée à ce niveau de détail dans la notice, aucune modification de celle-ci n’est nécessaire.

Voedings- en stofwisselingsstoornissen Zeer zelden: Hyperglykemie
Troubles du métabolisme et de la nutrition Très rare : Hyperglycémie

Vaak: diabetes mellitus, hypercholesterolemie, hyperlipidemie, hypertriglyceridemie, hyperglykemie, verminderde eetlust.
Fréquent : diabète, hypercholestérolémie, hyperlipidémie, hypertriglycéridémie, hyperglycémie, diminution de l’appétit.

Inhibitoren van de α-glucosidasen De inhibitoren van de α-glucosidasen zoals acarbose, vertragen de intestinale resorptie van koolhydraten, en verminderen op die manier de postprandiale hyperglykemie.
Les inhibiteurs de l’α-glucosidase, tel l’acarbose, ralentissent la résorption intestinale des hydrates de carbone et diminuent ainsi l’hyperglycémie postprandiale.

Ze verschillen evenwel van de hypoglykemiërende sulfamiden door hun kortere halfwaardetijd, waardoor de postprandiale hyperglykemie en het risico van laattijdige hypoglykemie vermindert.
Ils se distinguent toutefois de ceux-ci par leur plus courte demivie, ce qui a pour conséquence de diminuer l’hyperglycémie postprandiale et le risque d’hypoglycémie tardive.

Het nut van de gliniden berust op hun korte halfwaardetijd, en hun daaruit volgend gunstig effect op de postprandiale hyperglykemie en op het risico van hypoglykemie; ze controleren de glykemie evenwel niet beter dan de andere orale hypoglykemiërende middelen.
L’intérêt des glinides repose sur leur courte demi-vie et l’effet favorable qui en résulte sur l’hyperglycémie postprandiale et le risque d’hypoglycémies; ils ne sont cependant pas plus efficaces pour contrôler la glycémie que les autres antidiabétiques oraux.

Vaak: verstoorde elektrolytenbalans (inclusief hypomagnesiëmie, hyperkaliëmie, hypokaliëmie, hyponatriëmie, hypocalciëmie, hypercalciëmie, hyperfosfatemie), diabetes mellitus, hyperglykemie, hypercholesterolemie, hyperlipidemie, hypertriglyceridemie.
Fréquent : déséquilibre des électrolytes (incluant hypomagnésémie, hyperkaliémie, hypokaliémie, hyponatrémie, hypocalcémie, hypercalcémie, hyperphosphatémie) diabète, hyperglycémie, hypercholestérolémie, hyperlipidémie, hypertriglycéridémie.

In de RCC klinische studie, een fase 3 klinische studie voor niercelcarcinoom, meldde 26% van de patiënten hyperglykemie als een bijwerking.
Dans l'essai clinique de phase 3 dans le carcinome rénal, une hyperglycémie a été rapportée chez 26 % des patients comme événement indésirable.