Vertaling van "hepatitis of hepatocellulaire " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

hepatocellulair | met betrekking tot de levercellen
hépato-cellulaire | qui affecte les cellules du foie

neonatale geelzucht door overige en niet-gespecificeerde hepatocellulaire beschadiging
Ictère néonatal dû à des lésions hépatocellulaires, autres et sans précision

hepatocellulair carcinoom | hepatoom
Hépatome (malin)

hepatitis (bij)(door) | cytomegalovirus (B25.1) | hepatitis (bij)(door) | herpesvirus [herpes simplex] (B00.8) | hepatitis (bij)(door) | Toxoplasma (B58.1) | syfilitische leverziekte (A52.7) | portale hypertensie bij schistosomiasis (B65.-) | schistosomiasis van lever en milt (B65.-)
Hépatite (à):cytomégalovirus (B25.1+) | herpétique [herpes simplex] (B00.8+) | toxoplasme (B58.1+) | Hypertension portale au cours de schistosomiase (B65.-+) Schistosomiase hépato-splénique (B65.-+) Syphilis hépatique (A52.7+)

gele leveratrofie of leverdystrofie | hepatisch(e) | coma NNO | hepatisch(e) | encefalopathie NNO | hepatitis | fulminant | NEC, met leverinsufficiëntie | hepatitis | maligne | NEC, met leverinsufficiëntie | lever(cel)necrose met leverinsufficiëntie
atrophie ou dystrophie jaune du foie coma | encéphalopathie | hépatique SAI | hépatite:aiguë | fulminante | maligne | NCA, avec insuffisance hépatique | nécrose des hépatocytes avec insuffisance hépatique

hepatitis | leverontsteking
hépatite | hépatite

blootstelling aan virale hepatitis
exposition à une hépatite virale

blootstelling aan hepatitis A-virus
exposition au virus de l'hépatite A

blootstelling aan hepatitis C-virus
exposition au virus de l'hépatite C

blootstelling aan hepatitis B-virus
exposition au virus de l'hépatite B

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Lichte wijzigingen werden waargenomen in de sinusoïdale cellen alsook een vacuolisatie van de hepatocyten (dit wijst op een cellulaire dysfunctie) doch zonder zichtbare hepatitis of hepatocellulaire necrose.
Des modifications légères ont été observées au niveau des cellules sinusoïdales, ainsi qu’une vacuolisation des hépatocytes (qui indique une dysfonction cellulaire), mais toutefois sans hépatite ni nécrose hépatocellulaire visibles.

Reversiebele hepatische veranderingen werden waargenomen bij hoge dosissen. Lichte wijzigingen werden waargenomen in de sinusoïdale cellen alsook een vacuolisatie van de hepatocyten (dit wijst op een cellulaire dysfunctie) doch zonder zichtbare hepatitis of hepatocellulaire necrose.
De légers changements ont été observés dans les cellules sinusoïdales, de même qu’une vacuolisation des hépatocytes (ce qui indique un dysfonctionnement cellulaire), mais sans hépatite apparente ni nécrose hépatocellulaire.

Dit laatste wijst op een celdisfunctie, maar zonder zichtbare hepatitis of hepatocellulaire necrose.
Cette vacuolisation indique une dysfonction cellulaire, sans hépatite visible ni nécrose hépatocellulaire.

Maagdarmstelselaandoeningen vaak: diarree, braken soms: misselijkheid, buikpijn en indigestie zelden: droge mond zeer zelden: pancreatitis, intestinaal angio-oedeem, hepatitis - zowel hepatocellulair of cholestatisch, geelzucht en leverinsufficiëntie (zie rubriek 4.4)
Affections gastro-intestinales Fréquent: diarrhée, vomissements Peu fréquent: nausées, douleurs abdominales et indigestion Rare: sécheresse buccale Très rare: pancréatite, angio-oedème intestinal, hépatite – aussi bien hépatocellulaire que cholestatique, ictère et insuffisance hépatique (voir rubrique 4.4)

Lever- en galaandoeningen: zelden: leverinsufficiëntie, levernecrose (mogelijk fataal), hepatitis (hetzij hepatocellulair of cholestatisch), geelzucht, cholecystitis (vooral bij patiënten met eerder bestaande cholelithiasis)
Affections hépatobiliaires: Rare: insuffisance hépatique, nécrose hépatique (pouvant être fatale), hépatite - hépatocellulaire ou cholestatique, jaunisse, cholécystite (en particulier chez les patients qui souffrent d’une cholélithiase préexistante)

Maagdarmstelselaandoeningen vaak: diarree, overgeven soms: misselijkheid, buikpijn en indigestie zelden: droge mond zeer zelden: pancreatitis, intestinaal angio-oedeem, hepatitis - zowel hepatocellulair als cholestatisch, geelzucht en leverfalen (zie rubriek 4.4)
Affections gastro-intestinales fréquent: diarrhée, vomissements peu fréquent: nausées, douleur abdominale et indigestion rare: sécheresse buccale très rare: pancréatite, angio-œdème intestinal, hépatite tant hépatocellulaire que cholestatique, jaunisse et décompensation hépatique (voir rubrique 4.4)

Maagdarmstelselaandoeningen vaak: diarree, overgeven soms: misselijkheid, buikpijn en indigestie zelden: droge mond zeer zelden: pancreatitis, intestinaal angio-oedeem, hepatitis - zowel hepatocellulair of cholestatisch, geelzucht, leverinsufficiëntie (zie rubriek 4.4)
Affections gastro-intestinales Fréquent : diarrhée, vomissements. Peu fréquent : nausées, douleur abdominale et indigestion.