Gezien bij 37°C geen lag-fase wordt verondersteld en de gemiddelde generatietijd 30 minuten betreft (er wordt aangenomen dat omwille van variatie tussen stammen zoals vastgesteld bij 23°C de minimum generatietijd 20 minuten betreft) dan betekent dit dat 30 minuten bij 37°C maximaal aanleiding geeft tot 1 à 2 vermenigvuldigingen.
Ainsi donc, 30 minutes à 37°C donnent lieu à maximum 1-2 multiplications.