- tijdens de zwangerschap, de periode van borstvoeding en bij vrouwen die kinderen kunnen krijgen en geen geschikt voorbehoedmiddel gebruiken (zie rubriek 4.6).
- pendant la grossesse, l’allaitement maternel et chez les femmes en âge de procréer qui n’utilisent pas de méthode contraceptive adéquate (voir rubrique 4.6).