Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «eerder met antiretrovirale middelen behandelde » (Néerlandais → Français) :

Bij niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten: Studie AI455-099 was een 48-weekse, gerandomiseerde, dubbel-blinde studie met Zerit (40 mg tweemaal daags), in combinatie met lamivudine (150 mg tweemaal daags) en efavirenz (600 mg eenmaal daags), in 391 niet eerder behandelde patiënten, met een mediane hoeveelheid CD4 cellen van 272 cellen/mm 3 (61 tot 1.215 cellen/mm 3 ) en een mediane plasma hiv-1 RNA van 4,80 log 10 kopiën/ml (2,6 tot 5,9 log 10 kopieën/ml) als uitgangswaarde.

Chez le patient antirétroviral naïf L'étude AI455-099 est une étude sur 48 semaines, randomisée, en double aveugle menée chez 391 patients naïfs de tout traitement recevant Zerit (40 mg deux fois par jour), en association avec la lamivudine (150 mg deux fois par jour) et l’efavirenz (600 mg une fois par jour) A l’inclusion, les patients avaient un taux médian de CD4 de 272 cellules/mm 3 (taux compris entre 61 et 1.215 cellules/mm 3 ) et un ARN VIH-1 plasmatique médian de 4,80 log 10 copies/ml (valeurs comprises entre 2,6 et 5,9 log 10 copies/ml).


Nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde, met HIV-1 geïnfecteerde patiënten werden in het onderzoek opgenomen (n = 1.368) met een plasma HIV-1 RNA ≥ 5.000 kopieën/ml en werden gescreend op gevoeligheid voor N(t)RTI en op afwezigheid van specifieke met NNRTI-resistentie geassocieerde mutaties.

Des patients infectés par le VIH-1 naïfs de tout traitement antirétroviral ont été inclus (n = 1 368) ; les critères d’inclusion étaient une charge virale plasmatique ≥ 5 000 copies d’ARN VIH-1/ml, une sensibilité aux IN[t]TI et l’absence de mutations spécifiques associées à la résistance à des INNTI. La méthodologie des études est identique à l’exception du traitement de fond.


In vivo resistentie (nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten): Tijdens een open-label gerandomiseerd klinisch onderzoek (GS-01-934) onder nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten werd genotypering verricht op HIV-1-isolaten in plasma bij alle patiënten met bevestigde HIV RNA > 400 kopieën/ml in week 48, 96 of 144 of op het moment van vroegtijdige stopzetting van de behandeling met het onderzoeksgeneesmiddel.

Résistance in vivo (patients naïfs de tout traitement antirétroviral) : Au cours d’une étude clinique, en ouvert, randomisée (GS-01-934) portant sur des patients naïfs de tout traitement antirétroviral, un génotypage a été effectué sur des isolats plasmatiques de VIH-1 provenant de tous les patients ayant un ARN-VIH-1 supérieur à 400 copies/ml confirmé aux semaines 48, 96 ou 144, ou au moment de l’arrêt du médicament en cas de sortie d’étude précoce.


Tijdens een apart, gerandomiseerd klinisch onderzoek (M02-418) werden 190 nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde volwassenen ook behandeld met eenmaal daags toegediende emtricitabine en tenofovirdisoproxilfumaraat in combinatie met lopinavir/ritonavir die eenmaal of tweemaal daags toegediend werden.

Dans une autre étude clinique randomisée (M02-418), 190 adultes naïfs de tout traitement antirétroviral ont également été traités une fois par jour par l’emtricitabine et le fumarate de ténofovir disoproxil en association au lopinavir/ritonavir administré une versus deux fois par jour.


In vivo resistentie (nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten): Er zijn op dit moment beperkte gegevens beschikbaar over resistentie bij patiënten die zijn behandeld met Atripla.

Résistance in vivo (patients naïfs de tout traitement antirétroviral) : Il n’y a actuellement que des données limitées concernant la résistance des patients traités par Atripla.


In een multicenter, dubbelblinde, gecontroleerde studie (CNA30024) werden 654 HIV-geïnfecteerde, niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten gerandomiseerd om ofwel tweemaal daags 300 mg abacavir, ofwel tweemaal daags 300 mg zidovudine te krijgen, beide in combinatie met tweemaal daags 150 mg lamivudine en eenmaal daags 600 mg efavirenz.

Essai CNA30024 : 654 patients infectés par le VIH, n'ayant jamais reçu d'antirétroviraux, ont été randomisés dans un essai multicentrique contrôlé, en double aveugle afin de recevoir soit de l’abacavir (300 mg, 2 fois / jour), soit de la zidovudine (300 mg, 2 fois / jour), tous deux en association à la lamivudine (150 mg, 2 fois / jour) et à l’efavirenz (600 mg, 1 fois / jour).


Tijdens een 144 weken durend gecontroleerd klinisch onderzoek waarbij tenofovirdisoproxilfumaraat vergeleken werd met stavudine in combinatie met lamivudine en efavirenz onder nog niet eerder met antiretrovirale middelen behandelde patiënten, werd een kleine afname in de BMD van de heup en de wervelkolom waargenomen in beide behandelingsgroepen.

Au cours d’une étude clinique contrôlée de 144 semaines comparant le fumarate de ténofovir disoproxil à la stavudine, en association à la lamivudine et à l’éfavirenz, chez des patients naïfs de traitement antirétroviral, de légères diminutions de la DMO au niveau de la hanche et du rachis ont été observées dans les deux groupes de traitement.


Bij gebruik in combinatie met andere antiretrovirale middelen kan dit geneesmiddel bij patiënten met “CCR5-troop” hiv-1 die al eerder voor hiv-infectie zijn behandeld, de hoeveelheid hiv in het plasma (de virale last) verminderen en het aantal T-cellen (in het bijzonder CD4-cellen) verhogen.

Son avantage, combiné avec d'autres médicaments antirétroviraux, réside dans sa capacité à réduire la quantité de VIH dans le plasma (la charge virale) et à accroître le nombre de lymphocytes T (spécifiquement les CD4) chez les patients habitués au traitement porteurs d'un VIH-1 à tropisme CCR5.


Thalidomide Celgene wordt gebruikt voor de behandeling van multipel myeloom (een kanker van het beenmerg) in combinatie met melfalan en prednison (middelen ter bestrijding van kanker) bij patiënten die nog niet eerder behandeld zijn voor multipel myeloom.

Thalidomide Celgene est utilisé pour le traitement du myélome multiple (un cancer de la moelle osseuse), en association avec le melphalan et la prednisone (des médicaments anticancéreux), chez les patients qui n’ont pas été traités pour le myélome multiple auparavant.


een nieuwe waarschuwing voor recombinant factor VIII-middelen aangaande het mogelijk opnieuw ontwikkelen van remmers na het overstappen van het ene recombinant factor VIII-middel op een ander, bij patiënten die eerder gedurende meer dan honderd dagen behandeld zijn en daarbij remmers ontwikkeld hebben (classificatie);

un nouvel avertissement pour le facteur recombinant VIII concernant la possibilité de récurrence des inhibiteurs après transition d'un facteur recombinant VIII à un autre, chez des patients précédemment traités, avec plus de 100 jours d'exposition, présentant des antécédents de développement d'inhibiteur (étiquetage de classe);


w